Spanning december 2009 :: 1999, een jaar, twee congressen
1999, één jaar, twee congressen
Op naar het socialisme!
In 1999 hield de SP voor de enige keer tot nu toe, twee congressen. Het achtste congres, gehouden op 1 mei in Nijmegen, besloot om nog voor het einde van het jaar een volgend, het negende congres te beleggen. Doel: het vaststellen van een nieuw beginselprogramma, letterlijk op de drempel van een nieuwe eeuw. Het negende congres vond plaats op 18 december in Zwolle. Tien jaar later fungeert het toen vastgestelde beginselprogramma Heel de mens nog steeds tot grote tevredenheid als leidraad voor het politieke denken en handelen van de hele SP. Een terugblik op een bijzonder jaar.
Tekst: Tiny Kox
Op 1 mei 1999, als de SP haar achtste congres in Nijmegen houdt, is Nederland in oorlog. F16-piloten doen in NAVO-verband mee aan bombardementsvluchten op Servië. Daags tevoren zijn er 600 vluchten naar Servië geweest, de grootste aanval tot nu toe. Voor het eerst in haar geschiedenis opereert de NAVO buiten het eigen grondgebied. Met instemming van Nederland. Alleen de SP heeft zich in de Tweede Kamer tegen de bombardementen gekeerd. Daarmee heeft de partij zich schijnbaar geïsoleerd van de rest van de politiek. Partijvoorzitter Jan Marijnissen legt zijn congres uit waarom: “Er zijn geen schone oorlogen, er bestaan geen mooie bommen. Wij zijn tegen deze oorlog, wij zijn tegen deze waanzin!” Kort daarvoor heeft zijn partijgenoot Harry van Bommel op vergelijkbare wijze in het parlement uitgelegd waarom de SP haar instemming aan de aanval op Servië onthoudt. Hem wordt door anderen tegengeworpen wat dan het alternatief van de SP voor de oorlog is. Van Bommel, sinds een jaar Kamerlid, heeft het antwoord op de hem dan al kenmerkende wijze gegeven: “Het alternatief voor oorlog, is géén oorlog”. Jan Marijnissen licht de unieke positie van de SP toe op de eerste mei in ‘de Vereeeniging’ in Nijmegen. Hij loopt de opties langs die er zijn voor de wereldgemeenschap bij regionale conflicten, wanneer een dictator zich schuldig maakt aan onderdrukking en lak heeft aan mensenrechten en wanneer een deel van een land zich wil afscheiden van het moederland. Wegrennen is geen optie, toekijken evenmin. Je inzetten voor het vinden van een oplossing is de enige echte optie. Maar dat betekent niet het opzijschuiven van de Verenigde Naties en de Veiligheidsraad, zoals nu gebeurt. Het betekent niet dat je onderdrukking en geweld met bommen en ander geweld moet bestrijden. Juist nu zou de diplomatie moeten werken in plaats van zichzelf te verlammen. Marijnissen roept op de bombardementen te stoppen en de diplomatie een kans te geven om haar werk te doen. Geen militair maar een diplomatiek offensief is nu nodig, oordeelt hij. En het congres steunt hem – unaniem. De partij kan er alleen voorstaan in het parlement, de aanhang laat merken dat er van een isolement in de samenleving geen sprake is.
Verdubbeling aanhang
Een jaar eerder heeft de SP ook al aangetoond geen geïsoleerde beweging te zijn. Na de entree in de Tweede Kamer, in 1994, heeft de partij haar aanhang in 1998 meer dan verdubbeld. Naast Jan Marijnissen en Remi Poppe zitten nu ook Agnes Kant, Jan de Wit en Harry van Bommel op het Binnenhof. En bij de gemeenteraadsverkiezingen dat jaar is het aantal raadszetels met 50 procent gestegen. Een bijzondere prestatie na vier jaar Paarse furore. De SP blijkt geen eendagsvlinder, maar de enig overgebleven socialistische criticaster van het neoliberale beleid van sociaal-democraten en liberalen, van PvdA, VVD en D66. De nesteling van de SP wordt door anderen gezien. VVD-coryfee Bolkestein heeft al eerder vastgesteld: “Tegenwoordig denkt iedereen liberaal, behalve Jan Marijnissen van de SP”. Tegen de stroom in weet de SP zich te ontwikkelen, maar dat gaat niet van een leien dakje. Integendeel. Na de succesvolle raadsverkiezingen is de partij opgelopen tegen heel wat tot dan ongekende problemen. De aantrekkingskracht op de kiezers heeft ook mensen naar de SP gebracht die moeite hebben met het gedachtegoed van de partij. En met de in de partij geldende regel dat vergoedingen die je als raadslid krijgt, besteed worden aan het collectief en niet in de portemonnee van het individuele raadslid horen te verdwijnen. Op beide punten botst het her en der in het land. Raadsleden stappen uit hun fracties en beginnen voor zichzelf. Dat leidt tot negatieve commentaren in de krant. De partijleiding erkent dat er sprake lijkt van groeistuipen. Dat doet de vraag rijzen of de SP de luxe van het groter worden wel aankan? Die zelfkritische vraag staat dan ook centraal in de voorbereiding op het achtste congres. ‘Groter & beter’ heet het congresstuk waarin die kwestie wordt behandeld. Op het congres wordt bekendgemaakt dat de SP de grens van 25.000 leden zojuist heeft doorbroken. In vier jaar tijd meer dan 10.000 leden erbij is een prestatie die sterk afsteekt tegen het ledenverlies van andere partijen. Ondanks de vertoonde groeistuipen en het vertrek van enkelingen, blijkt dat de leden die de partij nu verenigt, heel wel passen bij de partij. In een grote ledenenquête noemt de SP-aanhang de vijf problemen die het meeste aandacht verdienen: de sociale voorzieningen, de verdeling van welvaart in de wereld, de werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden, het milieu en de volksgezondheid. SP-leden zijn bovengemiddeld actief in verenigingen en organisaties, vooral ook in de vakbonden. Met zulke leden moet het mogelijk zijn de partij verder te versterken, stelt het congres vast. ‘Sterkere partij, betere maatschappij’ is de titel van de uitgebreide ‘te doen-lijst’ die de deelnemers in Nijmegen voor zichzelf opstellen. Tegen de stroom in doorgaan met het verzet tegen het liberalisme, steunen op eigen kracht maar ook samenwerken waar het kan, en vooral versterken van de basis van de partij, door extra investeringen in de democratie en de slagkracht van de partijafdelingen. ‘Zonder leden bestaat de SP niet. Zij vormen de basis, ze zijn bepalend voor onze opstelling, ze vormen ons belangrijkste kapitaal, met hun inzet maar vooral ook met hun inbreng’, aldus de congresdeelnemers op deze memorabele eerste mei. De partij realiseert zich ook waarvoor ze het allemaal doet. Het congresstuk De uitdaging van de eeuw eindigt als volgt: ‘Ook in 2000 en verder zal de SP haar waarde hier en nu moeten bewijzen door een betrouwbare bondgenoot te zijn voor mensen die zich willen verzetten tegen sociaal onrecht. Daarnaast moeten we concreet kunnen aangeven dat een samenleving gebaseerd op menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid en solidariteit beter past bij de 21ste eeuw dan een samenleving die het ‘ieder voor zich’ als uitgangspunt neemt. Dát is de uitdaging aan ons adres. Noem het de uitdaging van de eeuw.’
Heel de Mens
Ruim een half jaar later vult het negende partijcongres die opdracht in. In de Nieuwe Buitensociëteit in Zwolle wordt het nieuwe beginselprogramma Heel de mens vastgesteld. De bombardementen op Servië zijn voorbij, een NAVO-vredesmacht bezet Kosovo. Drieduizend mensen zijn omgekomen, terwijl de Servische president Milosevic nog steeds in zijn paleis in Belgrado zit. In zijn toespraak tot het congres laat Jan Marijnissen weten dat hij, samen met Karel Glastra van Loon, bezig is aan een boek over Kosovo en de nieuwe wereldorde. Hij geeft ook aan dat, op de drempel van de 21ste eeuw, het socialisme een alternatief vormt voor het kapitalisme, dat wereldwijd voor zoveel onrecht en ellende zorgt. Marijnissen noemt drie argumenten. “Ons eerste argument is historisch. De geschiedenis laat vele stelsels zien. Het kapitalisme zag pas in het midden van de 19de eeuw het leven en wat kwam zal ook weer gaan. Ons tweede argument is analytisch. Het systeem van het kapitalisme bijt zichzelf steeds vaker in de staart door crisissen, gebrekkige ontwikkeling en gebrekkige vraag naar producten, wat leidt tot overproductie. Bovendien is er het onvermogen van het kapitalisme om mondiale problemen, zoals het milieuvraagstuk, effectief aan te pakken. Ons derde argument is het morele. De wereld is rijker dan ooit, maar de verdeling van die rijkdom is oneerlijker dan ooit. Voor een miljard mensen is geen menswaardig bestaan weggelegd. Het verschil tussen wat is en wat zou kunnen zijn, wordt zó groot dat het vroeg of laat móet leiden tot een fundamentele wijziging van de machtsverhoudingen.”
Het congres debatteert lang en uitgebreid over het nieuwe beginselprogramma. Sommigen maken zich zorgen of er niet te gemakkelijk afscheid genomen wordt van oude, vertrouwde linkse opvattingen. De congrescommissie wijst erop dat we afscheid moeten durven nemen van dogma’s, voor zover ze nog bestonden, juist omdat de SP verder moet met dromen over de toekomst. Daarbij, zo stelt de congrescommissie vast, past geen loden ballast uit het verleden. En zorgen of de SP nog wel radicaal genoeg blijft, zijn ook niet terecht: ‘Iedereen die denkt dat de SP als het gaat om de keuze van de democratie boven de economie niet radicaal genoeg is, wordt geadviseerd goed te lezen wat het congres gaat vaststellen. Wat is er vaag en onduidelijk aan de stelling ‘één mens, één stem’, dus niet ‘één aandeel, één stem’? De SP is de enige politieke partij in Nederland die dit aandurft!’
Het kapitalisme produceert vooral onvrijheid
Aan het slot van het congres memoreerde Jan Marijnissen hoe ruim honderd jaar eerder ook in Zwolle een socialistische partij werd opgericht, de SDAP, en hoe die partij met 3200 leden en drie Kamerleden aan het begin van de 20ste eeuw de uitdaging voor een betere wereld aandurfde. “Honderd jaar later is dat nog steeds iets om als mede-erfgenamen – dat zijn wij toch! – bijzonder trots op te zijn. De socialisten van 1900 vroegen niet of het anders kon, maar zeiden dat het anders móest. Het reëel bestaande kapitalisme inspireerde hen en zette hen aan tot actie. Wie een eeuw later om zich heen kijkt en ziet hoe zelfs in het rijke deel van de wereld het kapitalisme niet in staat is om welvaart en welzijn een beetje eerlijk te verdelen en dat in het laatste kwart van deze eeuw de sociale tweedeling toeneemt in plaats van afneemt, die moet constateren dat alle liberale rimram over de vrije markt ten spijt, het kapitalisme voor zeer velen vooral onvrijheid produceert. Mensen zitten gevangen in hun rollen, als productiemiddel, als consument en als najager van geldelijk gewin. Zij zijn als alleenstaande burgers in een wereld die blijkbaar steeds meer uit individuen en steeds minder uit sociale verbanden bestaat. Wie rondkijkt, hoort en ruikt de oprukkende jungle, waarin het recht van de sterkste heerst. Als de socialisten die hier een eeuw geleden bijeen waren vandaag bij ons aanwezig zouden zijn, zouden zij vragen stellen als ‘wat is dat voor een wereld?’, ‘wie is hiervoor verantwoordelijk?’ maar vooral ‘wat gaan we hieraan doen?’ Wij zouden dan zeggen: lees dit eens, het heet Heel de mens en kijk eens rond bij de SP en zie hoe wij theorie en praktijk van het socialisme aan elkaar proberen te koppelen.”
Hoe verder?
We zijn inmiddels alweer tien jaar verder. We maken ons op voor ons volgende congres. ‘Heel de mens’ is nog steeds de leidraad van het politieke denken en handelen van de hele SP. Veel van wat we tien jaar terug veronderstelden over het kapitalisme, is immers meer dan waar geworden. Zelfs prominenten van concurrerende partijen omschrijven nu het kapitalisme als ‘een voze roofpartij’ en de grote kranten hebben vastgesteld dat het kapitalisme geïmplodeerd is. Iedereen moet zich nu de vraag stellen: hoe verder?
En precies daarom is het nu een prima tijd voor onze socialistische alternatieven. Op naar het socialisme!
Wereldwijde kritiek op kapitalisme
Was de SP 10 jaar geleden de enige partij die zeer kritisch stond tegenover de huidige economische orde, nu lijken ook andere partijen schoorvoetend toe te geven dat het het in de wereld niet allemaal kapitalistiche rozengeur en neoliberale manenschijn is. De SP krijgt nu ook nog gelijk van de gemiddelde wereldburger, zo blijkt uit een grootschalig onderzoek van de BBC
Maar liefst 29.000 mensen uit 27 landen werd gevraagd wat zij van het kapitalisme vonden. De BBC vond dat een leuke vraag, zo’n 20 jaar na de val van wat het enige alternatief voor het kapitalisme leek, het staatscommunisme van de USSR. De resultaten van het onderzoek verbaasden ook de BBC. Bijna een kwart van de ondervraagden noemt het vrije marktkapitalisme ‘fatally flawed’ – zij vinden dat het systeem zo slecht functioneert dat het niet te herstellen is. Grote landen waar deze mening overheerst zijn Frankrijk (43 procent), Mexico (38 procent) en Brazilië (35%). Slechts 11 procent vindt dat het systeem goed functioneert. De rest vindt dat er (flink) aan het huidige systeem gesleuteld moet worden.
Ook het neoliberale ideaal van de ‘terugtredende overheid’ vindt geen steun in de wereld. Meerderheden in 22 van de 27 landen uit het onderzoek willen dat de overheid meer doet om de welvaart gelijker te verdelen; gemiddeld maar liefst 67 procent van alle ondervraagden vindt dit. In 15 van de 27 landen is een meerderheid voor de stelling dat de overheid zich actiever met de belangrijkste industrie moet bemoeien, bijvoorbeeld als eigenaar.