Portugal: een links alternatief. 'Dit is geen coup, dit is democratie.'
‘De Portugezen kunnen wel een nieuwe regering kiezen, maar feitelijk hebben ze geen keuze’, stelde een EU-diplomaat in 2011. De eurocrisis woedde volop. Lissabon lag aan de schuldenketting bij de Trojka van EU, ECB en IMF. Ook Passos Coelho, premier van Portugal van 2011 tot 2015, zei dat er helemaal niets te kiezen viel. De miljardenbezuinigingen die hij doorvoerde noemde hij ‘een verplichting’, om deel te blijven uitmaken van ‘de Europese orde’. Maar wat blijkt?
In 2015 koos Portugal een nieuw parlement. De drie linkse partijen, die allemaal campagne hadden gevoerd tegen de Portugese volgzaamheid aan Brussel, kregen een meerderheid van de stemmen. Met gedoogsteun van het Links Blok en de Communistische Partij vormde de sociaaldemocratische partij Partido Socialista een regering, met Costa als premier. Er zou chaos uitbreken, voorspelden de Brusselse economen: eerst op de financiële markten en daarna in Portugal. Maar Catarina Martins, partijleider van het Links Blok, dat de regering steunt, zag het probleem niet. ‘Dit is geen coup,’ zei ze, ‘dit is democratie.’ Er viel wél wat te kiezen.
Het Links Blok is een aan het Spaanse Podemos en Griekse Syriza verwante partij en zit in het Europees Parlement met de SP in een fractie. Het Links Blok en de Communistische Partij steunden de regering-Costa nadat ze met een motie van wantrouwen een rechtse minderheidsregering weggestemd hadden, die meteen na de verkiezingen was geformeerd.
Martins stond vorige maand in de Tribune. Ze vertelde hoe de Portugezen Noord-Europese levensstandaarden werden voorgespiegeld bij EU-deelname; maar daarvoor leverden ze wel hun soevereiniteit in. Portugal privatiseerde luchthavens, openbaar vervoer en energiebedrijven. Buitenlands kapitaal vond dankbaar zijn weg naar deze nieuwe markt. De Portugese economie groeide, maar feitelijk ontstond er een enorme zeepbel, die klapte met de val van de Lehman Brothers in 2008. Portugal kon alleen ‘gered’ worden met een noodlening van 78 miljard, waardoor Portugal vastzat aan de eisen van de Trojka. Daarbinnen viel weinig te kiezen. Verkoop en versober alles, of we laten je land failliet gaan.
Dus kortte premier Passos Coelho tussen 2011 en 2015 de lonen en de pensioenen. De werkloosheid steeg tot meer dan twintig procent, onder jongeren zelfs tot bijna vijftig procent. De armoede steeg mee, het aantal zelfmoorden ook. Maar de vrije val stopte niet. Volgens de Trojka omdat de lonen nog niet laag genoeg waren – zonder eigen munt zijn lagere loonkosten de enige manier om de export aantrekkelijker te maken. Maar huidig premier Costa koos een ander pad toen hij eind 2015 gekozen werd.
Hij verhoogde de lonen, de uitkeringen en de pensioenen. De Portugezen verdienen volgens hem hun waardigheid terug, die hen ontnomen is door hun hele samenleving te verkopen, als straf voor een financiële crisis die ze zelf niet veroorzaakt hebben. Met Brussel zocht Costa geen confrontatie. Hij blijft binnen de Europese lijntjes kleuren, en belooft ook alle leningen terug te betalen. Maar een loonsverhoging is volgens de nieuwe regering juist goed voor de economie, net als een lagere btw op de horeca. En de binnenlandse markt is belangrijker dan de export. Tijdens een jaar linkse regering kwamen er tienduizenden banen bij. De economie groeide in het derde kwartaal van 2016 sneller dan waar dan ook in Europa. Loonsverhoging, meer banen en economische groei: volgens Brusselse modellen gaat dat niet samen. Maar er was dus wél een alternatief.
Costa benadrukt steeds de waardigheid van het volk, iets wat hij eerder deed als burgemeester van de hoofdstad Lissabon. Hij gaf mensen die voorheen aan de kant stonden een gezicht, verantwoordelijkheid en waardigheid. Opgefleurde bewoners werden de motor van verandering.
Maak de macht zo democratisch mogelijk, is het devies van Costa. En van de SP. Met het voorstel Pak de Macht wil de SP zeggenschap geven aan de werkvloer, aan de ondernemingsraden, de wijkbewoners, de huurders – net zoveel zelfs als aan aandeelhouders en bestuurders van miljoenenbedrijven. Een coup? Nee, echte democratie. Mensen verdienen zeggenschap over hun omgeving. Er is een duidelijke parallel tussen Portugal en Nederland. Rutte heeft in zes jaar tijd vijftig miljard bezuinigd, met het argument dat er geen keuze zou zijn. Ondertussen nam de ongelijkheid toe, kwamen die mensen die al weinig hadden verder in de problemen, en ging de groei vooral naar een minderheid die toch al goed zat. Dat is een keuze. Op 15 maart hebben we ook een keuze. Pak de macht. Portugal laat zien dat het kan.
Spanning februari 2017: #PakDeMacht
- Interview Arjan Vliegenthart: ‘Ik voer een activistisch armoedebeleid’
- Verhoog wettelijk minimumloon met 10 procent
- De campagne in met het Nationaal ZorgFonds
- Pak de macht op school
- Groningen en Limburg gaven warmte, maar staan in de kou
- Portugal: een links alternatief. 'Dit is geen coup, dit is democratie.'