Als de kerk zwijgt over politiek, spreekt zij
De kerken moeten zich onthouden van praktisch-politieke stellingnames, meent PvdA-senator Erik Jurgens (VolZin, 13 augustus). Bovendien beschikken kerken zelden over voldoende politieke kennis van zaken, stelt ethicus Gerrit Manenschijn (VolZin, 24 september). SP’er Jasper van Dijk betoogt daarentegen dat de kerken zich nooit genoeg politiek kunnen uiten. Want wie zwijgt, stemt toe.
Wat is de overeenkomst tussen een dominee en een politicus? Dat zij beiden een boodschap verkondigen. De één doet dat vanuit een kerkelijke functie, de ander doet dat vanuit een partijpolitieke achtergrond. Beiden hebben - als het goed is - een idee over de inrichting van de samenleving. Mag een politicus zich uitspreken over de rol van God en Jezus of de functie van de kerk? Als het niet zou mogen, moeten we een partij als de SGP verbieden. De kiezer bepaalt in hoeverre zo’n partij wordt gewaardeerd. Mag een dominee zich uitspreken over politieke kwesties? Ik zou niet weten waarom niet. Het is echter aan de burger om te bepalen of hij zich daartoe voelt aangesproken. Er is geen principieel onderscheid tussen het lidmaatschap van een kerk en dat van een partij. In beide gevallen ondersteun je het bestaan van het instituut waarvan je lid bent. Een instituut is een maatschappelijke organisatie, zoals een museum, een voetbalvereniging of een vakbond ook instituties zijn. Samen vormen ze de maatschappij. In een samenleving waar vrijheid van meningsuiting en vrijheid van vereniging bestaan, is het mogelijk om standpunten te verkondigen, mits ze niet ingaan tegen de grondwet. Daarmee legitimeer ik het politieke spreken van de kerk. Critici kunnen zeggen dat het niet aan de kerk is om een mening over een politieke kwestie te geven. Maar dat is aan de luisteraar. Als een kerk zich uitspreekt tegen de aanleg van de Betuwelijn, kan menigeen zich achter zijn oren krabben. Toch zou ik dat niet willen verbieden. Als een kerk zich uitspreekt tegen abortus of euthanasie, vinden we dat al een stuk normaler. Maar in wezen gaat het bij de Betuwelijn en euthanasie om hetzelfde: het zijn maatschappelijke kwesties. We verwachten dat de politiek zich daarover uitspreekt. Maar we vinden het ook prima als jan en alleman zich daarover op straat uitspreekt. Er worden zelfs inspraakavonden, debatten en referenda over georganiseerd. Waarom zou dan uitgerekend de kerk geen mening mogen verkondigen?
Liberalisme Tijdens mijn studie politicologie heb ik mij verdiept in het postmodernisme. Voor veel mensen heeft het een negatieve lading, als zou het leiden tot een eindeloos relativisme. Maar postmodernisme is meer dan dat. Het is een reactie op het modernisme, dat staat voor het vooruitgangsgeloof, dat opkwam tijdens de Verlichting. De mensheid kende zichzelf met behulp van wetenschap en technologie een grenzeloos optimisme toe. Niets zou meer onmogelijk zijn, weldra zou de samenleving perfect georganiseerd kunnen worden. Alle grote politieke stromingen zijn doordrenkt met modernisme, ofwel vooruitgangsgeloof. Het communisme gelooft dat na de klassenstrijd de revolutie komt, waarna het proletariaat de macht overneemt. Het liberalisme gelooft in vrije individuen, die zich maximaal ontplooien in een markteconomie met zo min mogelijk overheidsinvloed. Het fascisme baseert zich op de superioriteit van één bepaalde groep, die uiteindelijk de leiding neemt in zoiets als het derde rijk. Alledrie zijn het ideologieën, met een tamelijk helder beeld over de toekomstige samenleving. Hoewel het communisme zoals Marx het bedoelde, nooit heeft bestaan, weten we tot welke gruwelen het heeft geleid. Het fascisme leidde eveneens tot de vernietiging van miljoenen mensen. Blijft over het liberalisme, waarvan men na de val van de Berlijnse muur zei dat het de enige overgebleven ideologie zou zijn. Het ‘einde van de geschiedenis’ werd zelfs aangekondigd. Maar na 11 september 2001 is de onzekerheid daarover gegroeid. Het postmodernisme rekent af met deze ‘grote verhalen’. Het bekritiseert elke absolute claim op de waarheid, omdat dat leidt tot onderdrukking en intolerantie jegens andersdenkenden. Ook het liberalisme is een groot verhaal dat westerse landen andere landen willen opleggen. Men spreekt daarbij ook wel over het neoliberalisme - dat in zwang kwam in de jaren tachtig - met de komst van Reagan en Thatcher. Neoliberalen pleiten voor een vrijemarkteconomie met een minimale rol voor de overheid. Tegenstanders van het neoliberalisme verschijnen in allerlei vormen. De andersglobalisten zijn daarvan een voorbeeld, maar ook vanuit de kerk hoor je kritische geluiden. Daarbij zie ik sterke overeenkomsten met de SP.
Basiswaarden De SP gaat in haar beginselprogramma uit van drie basiswaarden: solidariteit, gelijkwaardigheid en menselijke waardigheid. Het zijn de drie pijlers waaraan we onze standpunten toetsen. Concreet betekent het dat we pleiten voor toegankelijke publieke voorzieningen zoals zorg en onderwijs. Op dat punt zie je dat de regering verslechteringen invoert. Het idee van een no-claim regeling in de zorg bijvoorbeeld, betekent het eind van de solidariteit van gezonde mensen met zieke mensen. Sterker nog, zieke mensen worden geacht solidair te zijn met gezonde mensen! Zij betalen een hogere premie voor hun eigen ziekte en moeten tegelijkertijd opdraaien voor de lagere premie van gezonde mensen. De drie basiswaarden van de SP zijn mijns inziens evengoed basiswaarden van de kerk. Solidariteit keert bijvoorbeeld terug in naastenliefde. In die zin is een christelijke visie in mijn ogen ook een ideologische visie, vergelijkbaar met een socialistische visie. Zowel een christen als een socialist kunnen te rade gaan bij hun gedachtegoed, als zij een standpunt moeten bepalen over de aanleg van de Betuwelijn of de invoering van euthanasie. Of hun beginselen afdoende zijn, is een tweede. En of er ruimte moet zijn voor interpretatie is al helemaal vanzelfsprekend. Maar ik zie niet in waarom de kerk zich niet mag uitspreken over het drugsbeleid, als de cafébaas, de ouder of de politicus dat wél mogen. Het is aan de luisteraar er iets mee te doen. Het is ook aan de luisteraar om te bepalen of het kerkelijk spreken absoluut is. Als ik beweer dat het verhaal van Jezus slechts één van de vele verhalen is, temidden van talloze andere religies, zal de overtuigde christen mij meewarig aankijken. Ik kan dat nu eenmaal niet voor een ander bepalen. Evengoed mag de kerk wat mij betreft absolute waarheidsclaims opleggen, door bijvoorbeeld te stellen dat Jezus de enige zoon van God zou zijn. Zolang het anderen niet schaadt, is dat mogelijk. De wet is daarvoor de toetssteen, omdat die democratisch tot stand is gekomen.
Hypocriet Ook als de kerk zwijgt over politiek, spreekt zij. Stel dat een dominee besluit om zich niet uit te laten over de uitzetting van een asielzoeker die om de hoek woont. De hele buurt is op de hoogte van de kwestie, maar de dominee zwijgt. Dan staat dat voor mij gelijk aan instemming. Als de paus had gezwegen over het gebruik van condooms, is het gebruik ervan niet verboden voor katholieken. Zolang de paus zich niet uitspreekt over autorijden, keurt hij het niet af. De vraag of de kerk zich politiek mag uiten, is zinloos. Iedere keer als daar iets over wordt besloten door de kerk, kunnen betrokkenen bezwaar maken. Een besluit om zich als kerk politiek niet uit te spreken, is hypocriet. Wie zwijgt, stemt toe. Mijn advies aan de kerk is dan ook dat zij nooit genoeg kan deelnemen aan het debat. Het zal daarom niet verbazen dat ik zeer te spreken ben over het initiatief van de WARC, de hervormde wereldbond. In Woord&Dienst las ik daarover: “Volgens de WARC is onze wereld geworteld in een immoreel economisch systeem dat het maken van winst stelt boven het welzijn van mensen en dat welvaart doet wegstromen van arm naar rijk. In bijbelse termen is een dergelijk systeem, dat welvaart ophoopt ten koste van de armen, te zien als ontrouw aan God en verantwoordelijk voor vermijdbaar menselijk lijden.” Dit is een uitstekend voorbeeld waaruit blijkt dat de kerk politiek stelling kan nemen. Het is een scherpe terechtwijzing in de richting van liberalen die van mening zijn dat ‘het einde van de geschiedenis’ bereikt is. Als SP’er zal ik binnen en buiten het parlement blijven strijden voor een socialere wereld. Ik hoop dat de kerk daar ook aan deelneemt.