Huis van de Geschiedenis
Een volk zonder geschiedenis bestaat niet. Elk volk, ook het Nederlandse volk, heeft dus een geschiedenis. Maar, als dat zo is: Waarom doen we daar in ons land dan zo besmuikt – en in het beste geval zo nonchalant – over? In het onderwijs is geschiedenis als vak steeds verder in de marge gedrongen. Ook op radio en tv is er slechts sporadisch aandacht voor. En een nationaal historisch museum dat onze geschiedenis in samenhang toont, is er ook al niet. Als we hier geen verandering in brengen zal het historisch besef in onze moderne samenleving steeds verder achter de horizon verdwijnen. Daarom zijn de ondertekenaars van onderstaand artikel van mening dat er een Huis van de Geschiedenis moet komen.
We leven in een tijd van snelle veranderingen. Door internet en globalisering, maar ook door individualisering van de samenleving en de komst van meer mensen met een andere culturele achtergrond, lijkt het alsof we geen gemeenschappelijke identiteit meer hebben. Maar hoe verschillend mensen ook kunnen zijn, voor iedereen geldt dat wij niet alleen de makers van de toekomst zijn, maar ook de producten van de geschiedenis. Hoog tijd om meer aandacht te geven aan alle facetten van onze wordingsgeschiedenis in een Huis van de Nederlandse Geschiedenis.
Op 8 maart van dit jaar hebben de Staatssecretarissen Van der Laan (OCW) en Nicolaï (Buitenlandse Zaken) een plan voor een nieuw op te richten Huis voor de Culturele Dialoog in ontvangst genomen. Van der Laan en Nicolaï willen met het Huis een plek voor eigenwaarde en verrijking bieden aan oorspronkelijke en nieuwe Nederlanders. Voor dialoog pleiten wij ook, maar ons pleidooi gaat verder. Wij zijn van mening dat een Huis van de Nederlandse Geschiedenis, waarbinnen de culturele dialoog kan plaatsvinden, niet alleen een betere bijdrage zal kunnen leveren aan de verspreiding van historisch besef en historische kennis onder burgers maar ook aan het tot stand brengen van verbondenheid tussen de culturen hier aanwezig. Kennis van en inzicht in de gedeelde waarden en normen zijn niet los te zien van de geschiedenis die ons heeft voortgebracht.
In de Museale strategie van het ministerie OCW wordt gesproken over een Centrum voor Geschiedenis en Democratie. Een dergelijke instelling zou Nederlandse burgers enthousiast moeten maken voor geschiedenis en cultuur en ze kennis moeten laten maken met de Nederlandse rechtstaat, om zo actief burgerschap te bevorderen. Mocht het Centrum in enige vorm worden gerealiseerd, dan zou samenwerking tussen deze instelling en de organisaties die collecties presenteren meerwaarde kunnen opleveren. Waarom inzetten op twee verschillende Huizen of Centra? Breng de dialoog en de geschiedenis bij elkaar. Ze bestaan namelijk niet los van elkaar.
Waarom kijken we niet naar het goede voorbeeld van het Duitse Haus der Geschichte in Bonn en Leipzig? Dat is een inspirerend voorbeeld. Een historisch museum dat jaarlijks vijf miljoen bezoekers trekt, onder wie veel scholieren. De angst voor een propagandacentrum is ondervangen door het instellen van een curatorium bestaande uit historici, andere wetenschappers en een breed samengestelde afvaardiging uit de Bondsdag.
De oprichting van een Huis van de Geschiedenis kan bijdragen aan een herwaardering van het belang van kennis van onze wordingsgeschiedenis. En dat is heel hard nodig. Immers, het begrip van het heden en het nemen van de juiste, wijze beslissingen voor de toekomst kan niet zonder kennis van de ontwikkeling die ons gebracht heeft waar we nu zijn.