Invoering eigen bijdrage voor zorg schreeuwt om verzet
Per 1 januari 1997 wordt een eigen bijdrage voor ziekenfondsverzekerden ingevoerd, tot maximaal 200 gulden per hoofdverzekerde. Daarmee probeert de regering de tekorten in de gezondheidszorg te dichten. Maar in werkelijkheid is het een oneerlijke en onverstandige lastenverschuiving die averechts werkt.
Van de regering mag de gezondheidszorg per jaar met hooguit 1,3 groeien. Een onrealistische afspraak met als gevolg dat er in 1997 een financieel gat van bijna één miljard gulden gaapt. De eigen bijdrage - ook afgesproken in het regeerakkoord - wil het kabinet daarom hoe dan ook invoeren omd at gat gedeeltelijk te dichten. Met een maximale eigen bijdrage van 200 gulden per hoofdverzekerde (voor bejaarden en andere mensen met een minimuminkomen geldt een maximum van 100 gulden en voor chronisch zieken worden compenserende maatregelen getroffen) denkt de regering in 1997 dec ollectieve gezondheidszorguitgaven met 650 miljoen te kunnen verminderen. De kosten als zodanig worden daardoor nieta angepakt. Het is slechts een lastenverschuiving van collectiviteit naar de individuele ziekenfondspatiënt. Die moet voortaan 20 procent betalen voor verstrekkingen (met uitzondering van de tandarts en de huisarts), plus acht gulden per ligdag in het ziekenhuis.
De voorstanders van een eigen bijdrage hanteren de volgende argumenten: de solidariteit in de gezondheidszorg zou te ver doorgeschoten zijn. De kosten moeten meer bij de burger zelf worden gelegd. de collectieve lastendruk zou te hoog zijn en daarom moeter 'gedecollectiviseerd' worden, te meer daar de zorg met de toenemende vergrijzing en toenemende technische mogelijkheden steeds meer onbetaalbaar wordt. een eigen bijdrage zou leiden tot een verantwoorder gebruik van de zorgvoorzieningen.
Tegen die opvattingen zijn veel argumenten aan te voeren. Het wezen van ons zorgsysteem is solidariteit, gemeenschappelijk belang: de een helpt de ander die hulp nodig heeft. Dat is niet alleen sociaal, het is ook verstandig. Zorg systemen meteen ver doorgevoerde vorm van solidariteit, zoals bijvoorbeeld in Canada, functioneren prima en naar verhouding goedkoper dan stelsels met veel minder ingebouwde solidariteit, waarin bijvoorbeeld met veel eigen bijdragen wordt gewerkt.
Voor wat betreft de collectieve lasten: de collectieve uitgaven in de zorg groeien weliswaar in absolute zin, maar de relatieve lastendruk neemt niet toe. Die verhoudt zich heel redelijk met de groei van de economie. Al vijftien jaar schommelen de kosten van de gezondheidszorg als percentage van het bruto binnenlands produkt rond de 10 procent. De stelling over het "gepaster gebruik" dankzij een eigen bijdrage vooronderstelt dat er nu sprake is van ongepast gebruik op grote schaal. Er is echter geen enkel onderzoek in Nederland dat ongepast gebruik van zorgvoorzieningen op grote schaal heeft aangetoond.
Een belangrijk nadeel van eigen bijdragen is het effect op de kwaliteit van de zorg. Eigen bijdragen dragen in zich het risico dat financiële in plaats van medische overwegingen het zorgaanbod bepalen. De beperking van het tandzorgpakket in 1995 is een voorbeeld hiervan. Recente CBS-cijfers tonen dat dit bij de lagere inkomensgroepen leidde tot een daling van het tandartsbezoek in 1995.
Een ander voorbeeld dat de ineffectiviteit van eigen bijdragen in de gezondheidszorg illustreert is de inperking van het geneesmiddelenpakket in 1994. Toen kwamen de hoestdranken voortaan voor eigen rekening. Wat zagen we? De huisartsen gingen in toenemende mate het sterker werkende deptropine voorschrijven dat nog wel voor vergoeding in aanmerking komt. Met als gevolg meer vergiftigingsgevallen bij kinderen en ziekenhuisopnamen.
Dat de invoering van de eigen bijdrage zal leiden tot een verdere toename van de bureaucratie kan niemand ontkennen. Maar liefst honderd miljoen gaat deze operatie om de burger meer te belasten kosten. En dat terwijl de bureaucratie al zowelig tiert. Zo stegen in 1995 bij de CZ-groep onder andere ten gevolge van de beperkingen van de aanspraken op tandheelkunde en fysiotherapie de administratiekosten met maarl iefst 9,2 procent.
De eigen bijdragen vertroebelen ook de verhouding tussen hulpverlener en patiënt. De druk op de hulpverlener om sneller en agressiever te behandelen om de kosten voor de patiënt zoveel mogelijk te beperken zal toenemen. Met name dreigt dit bij patiënten die weinig geld hebben. Het is niet goed dat er in de spreekkamer over geld wordt gesproken. Daar hoort de zorg centraal te staan.
Principieel zijn eigen bijdragen in de zorg onrechtvaardig. Je kiest niet voor ziekte. Het overkomt je. Eigen bijdragen worden gevoeld als straf op ziekte. Zieke mensen moeten we helpen, niet straffen. Dat deze regering dat wél wil gaan doen om haar eigen financiële sores ogenschijnlijk op te lossen is een treurige zaak die om verzet schreeuwt.