Brief aan Erasmus
Tja, we hebben elkaar wel nooit ontmoet, maar sommigen zeggen dat een mens doorleeft zolang er over haar/ hem gesproken wordt en dus hoop ik dat ik u met deze brief in leven houd. Uw ideeën verdienen dat. En hoop ik dat u het niet erg vindt dat ik u aanspreek als was u een oude bekende. Het is goed bedoeld.
Hebt u de laatste tijd de krant nog wel eens kunnen lezen? Of zit u meer op internet? Eigenlijk doet dat er ook niet zoveel toe. In elk geval heeft u dan waarschijnlijk gelezen over de financiële en economische crisis. Erg, hè?
Zeker erg voor de mensen op aarde die al weinig hebben, want het systeem dat we ver na uw overlijden met z’n allen hebben bedacht, zorgt ervoor dat de rijken altijd aan het langste eind trekken en de armen het nakijken hebben. In goede tijden gaan de rijken er flink op vooruit en blijven de armen op z’n hoogst hetzelfde verdienen, al was zelfs dat in de afgelopen – economisch goede - jaren niet eens het geval; in slechte tijden zorgt het systeem ervoor dat de kwetsbare groepen in de samenleving de klappen opvangen.
Zotheid, zegt u? Ja, maar wel een zotheid waar de meeste mensen heilig in geloofden. Zeker, in de westerse samenlevingen is de rol van religie teruggebracht tot het forum internum, dus zonder al teveel publieke uitingsvormen. Maar er is wel een heilig geloof voor in de plaats gekomen: sommigen noemen dat geloof in de vrije markt, anderen geloof in ‘economische wetten’.
Het meest bijzondere aan dit alles is dat het nieuwe geloof niet als zodanig wordt gepresenteerd. Geloof in de marktwerking wordt gepresenteerd als economische wetenschap, ‘de wet’ van vraag en aanbod en van het bereiken van ‘evenwicht’ dat automatisch leidt tot welzijn.
Het gekke is dat je tegenwoordig juist bij traditionele godsdiensten, maar gelukkig ook bij humanisten en anderen, ziet dat er vraagtekens geplaatst worden bij die wetmatigheden. Mensen waren er toch ook om elkaar te beminnen, om elkaar te helpen, met andere woorden om solidair te zijn met elkaar? Hoe kunnen dan zaken als ‘wetten’ worden gepresenteerd die gebaseerd zijn op een handelen van de mens uit puur eigenbelang? Altruïsme en solidariteit passen niet in deze wetten. Die verstoren het marktevenwicht…
En dus zijn we weer in een godsdienstoorlog terechtgekomen, maar dan vooral één tussen solidaristen en marktfundamentalisten. Tussen ideologieën en godsdiensten enerzijds en een stroming anderzijds die zich helemaal niet als geloof wil zien, maar ondertussen wel een heilig geloof is geworden. En een gevaarlijk geloof, want tegenstanders worden neergezet als naïevelingen of als staatsgevaarlijke individuen. Maar ja, dat zagen we vroeger natuurlijk ook: ook toen werden godsdienstige minderheden vervolgd als staatsgevaarlijk.
En weet u wat nu het mooie is van de financiële crisis? Dat opeens duidelijk is geworden dat de marktwerking helemaal niet alleen maar welzijn brengt. Integendeel, de marktwerking heeft een nieuwe groep van grote graaiers opgeleverd, van mensen die alleen nog maar kunnen denken aan eigenbelang, die lachen om armoede omdat arme mensen dat aan zichzelf te wijten hebben, en voor wie een paar miljoen per jaar nog te weinig is omdat er anders geen uitdaging meer is.
Die groep wordt nu niet langer geaccepteerd en zelfs onze politici verklaren nu openlijk dat aan het grote graaien een eind moet komen. Het zijn dus spannende tijden. Erasmus, u heeft eerder geloof en rationaliteit van elkaar onderscheiden: kunt u nu niet even nog een hoofdstukje extra schrijven? En ons helpen in te zien dat marktwerking een hedendaags geloof is dat net zo weinig rationeel is als ieder ander geloof? En dat daar een ander geloof tegenover staat, een geloof dat menselijke waardigheid centraal stelt, dat ervan uitgaat dat iedereen gelijkwaardig is en dat het geluk van mensen afhankelijk is van de mate van solidariteit die we aan elkaar geven en van elkaar mogen ontvangen. Eén hoofdstukje maar. Het zou de geschiedenis wederom een andere wending kunnen geven. Zodat we de financiële crisis niet alleen opvangen om dan weer op de oude voet door te gaan, maar de crisis gebruiken om een nieuwe vorm van economie te bedenken. Een vorm waarbij de armen niet armer worden en de rijken zeker niet rijker. Hebt u nog een beetje tijd daarvoor?