opinie
Bart van Kent:

Ongeremde arbeidsmigratie werkt niet, er is grip op de instroom nodig

Bevolkingsgroei in ons land en grip op migratie waren onderwerp van gesprek, afgelopen weken. In de Tweede Kamer focussen veel partijen zich bij deze discussie op asiel. Maar om echt een eerlijk gesprek te hebben over migratie, waarbij we ook kijken naar de uitwassen van het huidige systeem, kunnen we de olifant in de Kamer niet onbenoemd laten: arbeidsmigratie.

In 2004 raamde het planbureau het aantal arbeidsmigranten op 5000 tot 10.000 per jaar. Inmiddels bedraagt de omvang van de totale groep 800.000 mensen, een veelvoud van die raming dus. Bovendien leven zij hier vaak in erbarmelijke omstandigheden. Een commissie onder leiding van Emile Roemer, die twee jaar geleden onderzoek deed naar het verbeteren van de woon- en werkomstandigheden van arbeidsmigranten, concludeerde zelfs dat de groep nu vaak als tweederangsburgers wordt behandeld. Vorige week nog stelde de Arbeidsinspectie dat ongeveer 2500 uitzendbureaus, dat is een op de zeven, bewust de wet overtreden.

Het draait dan om schrijnende situaties die we al jaren kennen. Arbeidsmigranten worden, vaak onder valse voorwendselen, door malafide uitzendbureaus naar Nederland gehaald. Vervolgens worden zij onder slechte omstandigheden en voor een heel hoge huur gehuisvest en aan het werk gezet. Mensen zijn op deze manier volledig afhankelijk van het uitzendbureau. Een afhankelijkheid die een voedingsbodem vormt voor uitbuiting en onderbetaling.

Verliezen mensen hun baan, dan verliezen zij vaak direct ook het dak boven hun hoofd. Arbeidsmigranten worden tevens vaak in sociaal kwetsbare wijken gehuisvest, wat daar zorgt voor een toenemende druk op de sociale draagkracht. De winsten van dit verdienmodel zijn voor de bedrijven, terwijl de lasten op zowel de arbeidsmigranten als op de Nederlandse samenleving worden afgewenteld. We moeten daarom serieus kijken naar de mogelijkheden voor regulering van arbeidsmigratie. Anders is het, zoals de Arbeidsinspectie in het voorjaar stelde, "dweilen met de kraan open".

Werkvergunningen

De SP en de ChristenUnie stelden in 2019 ook al voor om veel meer en beter te reguleren. De noodzaak hiervoor is alleen maar groter geworden. Dat betekent dat we in Europa een fundamentele discussie moeten voeren over de reikwijdte en grenzen van het vrij verkeer van personen. Het zou bijvoorbeeld verstandig zijn om onder voorwaarden een systeem van werkvergunningen te hanteren, zodat regulering van arbeidsmigratie mogelijk wordt en landen onderling in een arbeidsmigratiepact afspraken kunnen maken waar zij allebei bij gebaat zijn.

Laat duidelijk zijn: we zijn niet pertinent tegen arbeidsmigratie, maar de wijze waarop het nu gaat is vaak zowel schrijnend voor arbeidsmigranten als ontwrichtend voor woonwijken, en vereist daarom aanpassing en beheersing. Als we arbeidsmigratie gaan reguleren, dien je je uiteraard te verhouden tot de arbeidsmarkt en personeelskrapte. Een langetermijnvisie op werkgelegenheid, inclusief de rol van arbeidsmigratie is daarom van belang.

Onbenut arbeidspotentieel

Daarbij hoort dat we investeren in het onbenut arbeidspotentieel in Nederland, en we nog meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt weer naar werk begeleiden. Werkgevers zijn aan zet om hogere lonen te bieden en arbeidsomstandigheden te verbeteren, zodat beroepen aantrekkelijker worden. Er moet verder gekeken worden hoe innovatie en automatisering (zwaar) repeterend werk kan vervangen. En als een onderneming echt alleen met onderbetaling en uitbuiting in haar eigen voortbestaan kan voorzien, dan heeft deze misschien geen bestaansrecht meer in Nederland. Door te reguleren krijgen we grip op arbeidsmigratie. Dit is goed voor Nederland, voor de vele arbeidsmigranten die hier komen werken en voor de innovatie van de arbeidsmarkt.

Deze opinie verscheen op 01-12-2022 in Trouw

Betrokken SP'ers