Hongarije en de EU-hervormingsagenda
In toenemende mate worden de burgers van de nieuwe EU-lidstaten geconfronteerd met het feit dat het lidmaatschap van de Europese Unie niet betekent dat men het land van melk en honing is binnengetreden. Sterker nog, de toetreding tot de Europese Unie is in velerlei opzicht het beginsignaal geweest voor een nieuwe ronde van economische hervormingen die sociaal gezien grote consequenties hebben. Er wordt fors gesneden in subsidies en belastingen worden indirect verhoogd. Dit roept bij grote delen van de bevolking in deze landen weerstand op.
In dit licht zijn ook de huidige gewelddadige rellen in Boedapest te zien. Het is niet zozeer het feit dat premier Ferenc Gyurcsany zelf toegeeft in de verkiezingscampagne ’s morgens, ’s middags en ’s avonds gelogen te hebben dat ten grondslag ligt aan de rellen. Het zijn de plannen om met harde bezuinigingen de criteria van de Europese Monetaire Unie te halen, die tot grote woede en onlusten hebben geleid. Veel Hongaren zijn er niet van overtuigd dat deze maatregelen daadwerkelijk noodzakelijk en wenselijk zijn. Na de turbulente veranderingen van de afgelopen vijftien jaar hadden velen gehoopt dat de economische hervormingen nu hun einde zouden nemen. Zij voelen zich door de EU en de Hongaarse politiek misleid nu blijkt dat het lidmaatschap niet betekent dat de hervormingen voorbij zijn, maar dat zij juist met extra kracht worden voortgezet.
Deze wijdverbreide gevoelens worden door de Europese Commissie echter niet serieus genomen. De reactie van de Hongaarse EU-commissaris Laszlo Kovacs is in deze zin typerend. Terwijl hij niet inging op de uitlatingen van premier Gyurcsany, gaf hij wel aan dat de hervormingsplannen in ieder geval zo snel mogelijk doorgevoerd moeten worden. Daarmee schaarde hij zich indirect achter de premier. Dat dit tegen de wil van een meerderheid van de Hongaarse bevolking is, is daarbij ondergeschikt. Uiteindelijk, aldus de Commissie, profiteert de hele Hongaarse bevolking van dergelijke strenge maatregelen. Hoe lang dat echter zal duren of dit daadwerkelijk ook het geval zal zijn, is echter nog maar de vraag.
Met haar uitlatingen beïnvloedt de Europese Commissie het economisch debat in Hongarije. Dit is niet nieuw. Ook in aanloop naar het lidmaatschap bemoeide Brussel zich zeer nadrukkelijk met de kandidaat-leden. De populariteit van het EU-lidmaatschap was voor veel Oost-Europeanen één van de belangrijkste redenen om de harde hervormingen te accepteren. Deze populariteit is nu echter snel tanende. In zowel Polen als Slowakije laten regeringen zich in toenemende mate kritisch uit over de EU en het is niet denkbeeldig dat dit ook in andere nieuwe lidstaten zal gebeuren. Daarmee zou de legitimiteitscrisis van de EU een nieuwe dimensie krijgen. Na het afwijzen van de Europese Grondwet door de “oude” lidstaten Frankrijk en Nederland zou een groeiende euroscepsis in de nieuwe lidstaten funest kunnen zijn voor de legitimiteit van de Europese Unie. Om dit tegen te gaan zou de Europese Unie veel meer oog moeten ontwikkelen voor de sociale aspecten van de hervormingspakketten die zij verdedigt. De economische hervormingen hebben in Centraal-Europa namelijk ook tot verliezers hebben geleid. Een koppig hieraan vasthouden zonder enig oog voor de consequenties zou uiteindelijk als wel eens boemerang voor de EU kunnen werken.