Politiemissie is gewoon militaire missie
Lijsttrekker Job Cohen zegt dat de PvdA een politiemissie in Afghanistan zou kunnen steunen. Dat raakt de betrouwbaarheid van de Nederlandse politiek.
Vorige week verbaasde PvdA- lijsttrekker Job Cohen vriend en vijand met zijn stellingname dat de PvdA een Nederlandse politiemissie met eigen militaire bescherming in Afghanistan wel zou kunnen steunen. Een week eerder stemde zijn partij in de Kamer nog tegen een voorstel van GroenLinks en D66 dat het kabinet tot zo’n missie aanmoedigde. Met deze verbrede steun lijkt een nieuwe missie in Afghanistan dichterbij te komen. Dat is om verschillende redenen bijzonder ongewenst.
Om te beginnen is een politiemissie met militaire steun gewoon een militaire missie. De Nederlandse militairen die ter bescherming worden meegestuurd opereren op basis van hoofdstuk 7 van het VN-Handvest dat het gebruik van geweld toestaat. De VN-resoluties die aan de internationale aanwezigheid ten grondslag liggen, staan alle noodzakelijke maatregelen toe voor het creëren van een veilige omgeving, ook offensieve acties. Eerder zagen we een opbouwmissie al veranderen in een gewone vechtmissie. We moeten ons niet een tweede keer laten misleiden.
Een tweede reden om niet in te stemmen met een nieuwe missie is dat daarmee steun wordt gegeven aan een door en door corrupt bewind. President Karzai is via openlijke fraude bij de laatste verkiezingen aan de macht gebleven en met de steun van krijgsheren met bloed aan hun handen heeft hij zijn machtsbasis verbreed. De buitenlandse troepenmacht heeft dat verergerd door krijgsheren fors te betalen in ruil voor veiligheid. Onze aanwezigheid is onderdeel van het probleem geworden.
Onlangs meldde het Amerikaanse ministerie van Defensie in zijn halfjaarlijkse rapportage aan het Congres dat de regering Karzai in een kwart van de strategische districten wordt gesteund door de bevolking. In de andere districten heeft ze meer sympathie voor de opstandelingen of is ze hooguit neutraal. Het rapport meldt ook een toename van het geweld: tussen februari 2009 en maart 2010 met 87 procent. Dat is bijna een verdubbeling. Dus het geweld neemt toe en de steun van de bevolking neemt af. Niet alleen de steun voor Karzai maar ook die voor de buitenlandse troepen. Karzai ontleent zijn macht immers in belangrijke mate aan hun aanwezigheid.
Nederland heeft internationaal afspraken gemaakt over de aanwezigheid in Uruzgan en die komen erop neer dat de laatste Nederlandse militair daar eind 2010 zou vertrekken. Die afspraak is met een Kameruitspraak van PvdA en ChristenUnie later nog eens bevestigd. Dat Cohen met zijn nieuwe standpunt electoraal goede sier probeert te maken maakt Nederland tot een wispelturige bondgenoot. Zo wordt het signaal afgegeven dat afspraken met ons land niet zwaar wegen, zelfs niet voor onze politieke leiders. Ze maken bovendien een speelbal van militairen die naar eer en geweten hun inzet plegen onder moeilijke omstandigheden. Alleen al om die reden zou het beter zijn indien Cohen op zijn nieuwe standpunt terugkomt.