Kernwapens moeten sneller weg
De uitspraak van Obama om alle kernwapens de wereld uit te werken is veelbelovend. Tegelijkertijd is de politieke werkelijkheid weerbarstiger. Er wordt nog erg veel getreuzeld op de weg naar een kernwapenvrije wereld.
President Obama gaf in Praag in een inspirerende toespraak de noodzaak aan voor nucleaire ontwapening (Friesch Dagblad, 6 april) Vanzelfsprekend juichen wij deze oproep toe: hij bevestigt immers de uitgangspunten die wij al jarenlang, binnen en buiten de Kamer, uitdragen. Bovendien versterkt de toespraak eerdere verklaringen door voormalige regeringsleiders en diplomaten in de Verenigde Staten, Duitsland en elders. Bekend zijn de brieven van voormalig Amerikaanse minister Henry Kissinger in de Wall Street Journal, en die van voormalig bondskanselier Helmut Schmidt en anderen in de International Herald Tribune. Ook minister Verhagen van Buitenlandse Zaken verklaarde zich vorig jaar april voorstander van de afschaffing van kernwapens. Over de noodzaak bestaat dus grote politieke consensus en het idee wordt ook breed gedragen onder de bevolking. Maar zoals altijd, zit de duivel in de details. Het gaat immers om de daadwerkelijke stappen die kernwapenstaten moeten ondernemen.
Wat dat betreft valt er nog wel wat aan te merken op de Amerikaanse positie. De meest praktische stap genoemd door Obama is een aanzienlijke reductie van de gigantische nucleaire slagkracht van de VS en Rusland. Door afspraken in een nieuw (START) verdrag wil Obama de aantallen verminderen naar zo'n duizend plus aan kernwapens elk. Vanzelfsprekend een grote stap in de goede richting, maar bij lange na nog geen nucleaire ontwapening. Andere voorstellen leggen een zware nadruk op het tegengaan van de verspreiding van kernwapens, inclusief straffen voor overtreders. Dat klinkt rechtvaardig, maar wordt problematisch als bestaande afspraken worden doorkruist of zelfs geschonden.
Cruciaal is het non-proliferatieverdrag, door alle landen ondertekend behalve India, Pakistan en Israël. Obama zei dat hij alle kernwapenstaten wil betrekken in de reducties. Maar dat ligt moeilijk bij de drie genoemde landen, die immers buiten de verdragsafspraken vallen. Obama noemt helaas niet het VN-forum waar eigenlijk over nucleaire ontwapening moet worden onderhandeld, de Conference on Nuclear Disarmament in Geneve. Evenmin noemt hij het Internationaal Atoomagentschap (IAEA), het multilaterale VN-forum dat juist tot taak heeft om nucleaire inspecties uit te voeren. In plaats daarvan haalt hij door de VS onder Bush opgezette mechanismen naar voren, onder andere de Proliferation Security Initiative, dat juist geen multilateraal VN-instituut is. Een multilaterale consensus is essentieel om te komen tot nucleaire ontwapening.
Lang proces
Natuurlijk ging het in Praag om een intentieverklaring aan het begin van een lang proces. Maar kleinere en toch belangrijke stappen kunnen sneller worden gemaakt. De NAVO is bezig haar Strategisch Concept te herzien: dat is een goede gelegenheid om de kernwapenparagraaf te verwijderen. Helaas verwees minister Verhagen een recentelijk door ons gedane oproep om in ieder geval de nucleaire NAVO-strategie ter discussie te stellen naar de prullenbak. Een meerderheid in de Tweede Kamer volgde hem daarin.
Hoewel er nog maanden zal worden onderhandeld over het nieuwe Concept, kan alvast in lijn met Obama's in Praag uitgesproken wens, een begin worden gemaakt met de nucleaire ontwapening van de NAVO, door de kernwapens op Europees grondgebied te verwijderen. De Duitse minister van Buitenlandse Zaken Steinmeier heeft een goede aanzet gegeven door aan te kondigen dat hij met de Amerikaans regering wil praten over de verwijdering van de NAVO-kernwapens op Duits grondgebied. Het ligt voor de hand dat Nederland hetzelfde doet met betrekking tot de kernwapens op de vliegbasis Volkel. Intussen geldt voor ons wat betreft de nucleaire ontwapening vanzelfsprekend: eerst zien, dan geloven.