Kernontwapening vraagt vertrouwenwekkende stap
De discussie over kernwapens in Europa wordt ook in de Tweede Kamer op het scherpst van de snede gevoerd (Nederlands Dagblad, 16 oktober). Dat is zeer toe te juichen, meent SP-Tweede Kamerlid Harry van Bommel, aangezien de NAVO aan de vooravond staat van een discussie over haar nieuwe strategie. Kernwapens moeten niet langer de hoeksteen vormen van het beleid.
Nederland heeft de aanwezigheid van kernwapens op de luchtmachtbasis Volkel nooit formeel erkend. In Duitsland en België doet men daar minder moeilijk over. De Duitse minister van Buitenlandse Zaken heeft openlijk uitgesproken dat hij van mening is dat de Amerikaanse kernbommen verwijderd moeten worden. In België gaat het parlement praten over een initiatiefwetsvoorstel waarin de aanwezigheid van kernwapens illegaal wordt verklaard. Dat wetsvoorstel is in lijn met een uitspraak van het Internationale Gerechtshof in Den Haag, dat in 1996 de bedreiging of het gebruik van kernwapens beschreef als zijnde in strijd met de regels van internationaal recht. Het zou onze regering en parlement sieren om op dezelfde wijze openlijk over de kernwapens in Nederland te spreken.
Zowel president Obama als minister Verhagen hebben zich uitgesproken voor een kernwapenvrije wereld. Minister Verhagen wil echter niet ingaan op de wens van onder andere PvdA en SP om Obama op te roepen de kernwapens uit Nederland te verwijderen. Verhagen ziet de Nederlandse kerntaak als onderdeel van de nucleaire strategie van de NAVO. Hij wenst alleen verwijdering van kernwapens als dat onderdeel uitmaakt van een tweezijdig ontwapeningsproces tussen de NAVO en Rusland.
Daarmee doet hij naar mijn mening onrecht aan het feit dat er de afgelopen decennia steeds meer kernwapenstaten zijn bijgekomen.
Naast de erkende landen hebben inmiddels ook in ieder geval India, Pakistan en Israël kernwapens. Gezien de enorme voorraad aan kernwapens, zowel in handen van de NAVO als Rusland, kan het echter geen enkel kwaad indien de NAVO als eerste vertrouwenwekkende stappen zet in kernontwapening.
Dat levert geen veiligheidsrisico op. Amerika en zijn bondgenoten in de NAVO beschikken over voldoende geavanceerde conventionele wapens die dienen ter afschrikking en eventueel vergelding.
Nederland is net als veel andere landen ondertekenaar van het Non-Proliferatie Verdrag. Dat betekent dat ons land zich niet alleen heeft verplicht om verspreiding van kernwapens tegen te gaan, maar ook moet meewerken aan nucleaire ontwapening.
Dat kan door het Duitse en Belgische voorbeeld te volgen en openlijk te spreken over kernwapens in Nederland en de wens uit te spreken dat deze worden verwijderd. Daarnaast moet de nucleaire strategie van de NAVO ter discussie worden gesteld en dienen er concrete stappen te worden gezet in het afbouwen van de enorme voorraad kernwapens waar de verdragsorganisatie over beschikt. Nederland verliest ernstig aan geloofwaardigheid als het zich als niet-kernwapenstaat afficheert, terwijl de aanwezigheid van kernbommen op de vliegbasis Volkel een publiek geheim is.
De discussie in de NAVO en de VN over de rol van kernwapens in het veiligheidsbeleid komt nu goed op gang. Ook in Nederland moet die discussie breed worden gevoerd, omdat veiligheid een thema is dat ons allemaal aangaat.
Wapenbeheersing en kernontwapening zijn daarbij van cruciale betekenis. Niet alleen als onderdeel van een gewenste wereldwijde kernontwapening, die nog ver weg is, maar ook als belangrijk signaal aan landen die het bezit van kernwapens ambieren.
Anders valt te vrezen dat alle mooie toespraken over ontwapening nooit resulteren in concrete stappen op weg naar een kernwapenvrije wereld.