Havenrichtlijn overbodig en contraproductief
Een van de zeer weinig mensen die nog tegen de wind in vast blijft houden aan de Europes Havenrichtlijn is CDA Europarlementariër Corien Wortman-Kool (Financieele Dagblad, 16 november 2005). Zij bewijst daarmee zowel de Nederlandse als de Europese havensector een slechte dienst. Hogere kosten en tarieven, monopolievorming, daling van de werkgelegenheid en van de kwaliteit van de havendiensten en sociale dumping, dát zullen de gevolgen zijn van het aannemen van de tweede Europese Havenrichtlijn.
In deze kritiek staan we niet alleen. Onlangs kwam het zeer kritische rapport van Deloitte uit dat in opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat de gevolgen van de invoering van de Europese Havenrichtlijn in beeld bracht en tot soortgelijke kritiek kwam. Tegelijk namen na de FNV Bondgenoten ook de Europese organisaties van havenautoriteiten ESPO en van havenondernemers Feport afstand van de richtlijn. Hiermee lijkt het lot van de havenrichtlijn bezegeld. Eerder stemde de Europese Parlementscommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Commissie Interne Markt al voor het verwerpen van de havenrichtlijn.
De conclusies uit het rapport van Deloitte zijn ook bij mevrouw Wortman bekend. Het is dan ook opmerkelijk dat niets van deze fundamentele kritiek over de liberalisering van havensector in haar opinieartikel van 16 november is terug te vinden. Zoals zo vaak blijkt de ideologie van doorgeschoten liberalisering het opnieuw te winnen van rationele argumenten of dit nu wel het beste is voor de betrokken partijen als werknemers, havenondernemingen en de samenleving als geheel. Vooral de uitsmijter in het artikel - de dreiging dat we gezamenlijk zullen moeten opdraaien voor te hoge kosten als de richtlijn niet wordt aangenomen - slaat de plank behoorlijk mis. Het is alom bekend dat juist de Europese havens de goedkoopste ter wereld zijn: voor het laden en lossen van een container gemiddeld 100 dollar, tegen 200 dollar in de VS 300 in de Aziatische havens.
Mevrouw Wortman maakt zich in haar pleidooi vooral sterk voor het liberale paradepaardje van het terugdringen van de bureaucratie en de administratieve lasten. Het klopt dat de Nederlandse havens nu al gereguleerd worden via Europese, nationale en lokale milieu-, arbeids- en veiligheidswetgeving. Maar ook zij zal toch niet ontkennen dat dat in een beschaafd land noodzakelijk is. Ook wij onderschrijven het standpunt dat overbodige regels afgeschaft moeten worden. Maar het aannemen van de Tweede Havenrichtlijn zal leiden tot juist het tegenovergestelde, méér bureaucratie als gevolg van het systeem van openbare aanbesteding waar alle bedrijven aan moeten voldoen. Grotere bedrijven zijn hierbij in het voordeel met als gevolg nog meer concentratie. Ook zal de concurrentie bij de aanbesteding vooral op de prijs plaatsvinden. Bedrijven zullen steeds minder belang hechten aan zaken als het opleiden van mensen door jarenlange interne training en bedrijfsopleiding of aan het opbouwen van logistieke en softwarenetwerken die een langere terugbetalingtijd vragen. Dit zal leiden tot een afname van de kwaliteit en veiligheidsstandaards in de havens. Omdat er in de richtlijn bovendien niets geregeld is rond de overname van het personeel na overname door een andere concessiehouder, zullen bedrijven ongetwijfeld afwachten tot zij goedkoop een ander bedrijf over kunnen nemen. Dat kan toch ook niet de bedoeling zijn van het CDA.
Het CDA vindt het nog steeds beter om de Havenrichtlijn, weliswaar geamendeerd, te aanvaarden. Volgens ons zitten zij op een verkeerd spoor. Het rapport van Deloitte is glashelder en zeer vernietigend over ‘Port Package 2’. Alle argumenten die havenvakbonden in Europa al vanaf 2000 aangedragen zijn hierin terug te vinden. Havenwerkers krijgen het gevoel in de maling genomen te worden, maar havenwerkers láten zich niet in de maling nemen. Dat zal blijken op 21 november bij de demonstratie van de havenvakbonden in Brussel. Veel werkgevers zijn bereid geweest om werknemers vrij te geven om naar Brussel af te reizen voor de demonstratie. Er zijn zelfs werkgevers die de bussen financieren. Zij zien deze demonstratie als een steun in de rug van hun eigen doelstelling: weg met de Port Package 2.
Voor ons is er maar één conclusie mogelijk: De tweede havenrichtlijn moet van tafel. Hij is niet alleen overbodig maar zelfs contraproductief. Hopelijk komt ook het CDA tijdig tot inkeer met een stem tegen de richtlijn. Het CDA kan dan altijd het voorstel van de SP nog steunen om de Europese Commissie op te dragen te komen met een voorstel voor transparantie van staatssteun in de Europese havens.