Bolkesteins richtlijn diensten moet van tafel
De Dienstenrichtlijn van Europees commissaris Bolkestein moet er voor zorgen dat diensten in heel Europa worden geliberaliseerd, geprivatiseerd of dereguleerd. Erik Meijer vreest ontwrichting van de arbeidsmarkt, aantasting van sociale verworvenheden, verhoging van de milieudruk en toenemende machteloosheid van overheden en werknemers.
De Brusselse vrije-marktfundsamentalist Frits Bolkestein wil met zijn maatregel de greep van de overheid verzwakken op een groot scala van diensten in onder meer het onderwijs, de gezondheidszorg, gemeentelijke schoonmaakwerken en de bouw. In totaal heeft zijn richtlijn betrekking op 50 procent van alle economische activiteiten en 70 procent van de werkgelegenheid. In breder verband wil de Europese Unie de weg vrijmaken voor verdergaande liberalisering van de dienstenmarkt in het kader van de zogenaamde GATS-onderhandelingen, die tot het ontstaan van een wereldwijde vrije dienstenmarkt moet leiden. Maar de maatregel zal leiden tot een ontwrichting van de arbeidsmarkt, de afbraak van werknemersrechten, het verder privatiseren van overheidsdiensten en de onderwerping van de sociale zekerheid en milieu aan de vrije markt.
Het meest heikele punt in de richtlijn is het oorspronglandbeginsel. Dat betekent dat bedrijven uit andere EU-lidstaten in Nederland kunnen komen werken, waarbij de loon- en arbeidsvoorwaarden gelden uit het land van oorsprong, en niet de wetten in het land waar de diensten worden geleverd. De gevolgen zijn voorspelbaar: overal zal de druk permanent toenemen arbeid goedkoper te maken. Bovendien zal de controle en het toezicht op de handhaving moeten plaatsvinden vanuit het land van oorsprong. Ook dat is bijna uitlokking van wantoestanden. Bedrijven zullen zich ongetwijfeld gaan vestigen in landen waar de belastingdruk het laagst is en sociale voorzieningen en milieuwetgeving minimaal zijn. Het wordt een permanente Pan-Europese race naar het laagste punt, waarin de mens steeds meer dienstbaar is aan de economie, in plaats van dat de economie de mensen dient. Omdat ook de gezondheidszorg er onder moet gaan vallen, betekent dit tevens het definitieve einde van zorgstelsels op basis van solidariteit. Het beschaafde Europa dat wij kennen, met een redelijk niveau van bestaanszekerheid, met toenemende welvaart en waar de mensen iets te zeggen hebben over diensten die het algemeen nut dienen, dat Europa wordt afgebroken en vervangen door een ultraliberale superstaat waar niet de mens, maar de markt regeert.
De afgelopen twee jaar hebben havenwerkers uit heel Europa succesvol actie gevoerd tegen de liberalisering van het werk in de haven. De sector dreigde geopend te worden voor goedkope, ongekwalificeerde krachten, een bedreiging voor de eigen werkgelegenheid en de veiligheid in de havens. Onder druk van acties in vele havens van Lissabon tot Helsinki en ook Rotterdam, heeft de Europese Commissie het zogenaamde Port Package van tafel moeten halen. Het Europees Parlement stemde onder druk in meerheid tegen. De nieuwe Dienstenrichtlijn van Bolkestein kan gezien worden als een nieuwe poging en bredere aanval uit neoliberale hoek. De havenwerkers vrezen dat zij via deze richtlijn alsnog in de rug worden aangevallen. De Europese Transportwerkersfederatie (ETF) spreekt met recht van een gruwelrichtlijn.
Hoog tijd dat men in de Nederlandse vakbeweging minder doof wordt voor dit soort ontwikkelingen. Het blinde Europositivisme van veel - ook linkse - partijen moet eens getoetst worden aan de werkelijke ontwikkelingen in Nederland en Europa. Het is een stuitend gebrek aan realiteitszin om in algemene termen over ‘meer en betere banen’ te blijven spreken als de werkgelegenheid zwaar onder druk komt te staan door het neoliberale beleid in Europa. Politieke sturing is nauwelijks nog mogelijk. De Europese commissie legt aan de lopende band voorstellen op tafel die de positie van gewone werknemers en consumenten op het hakblok legt.
Het zijn ook geen negatieve toevalstreffers binnen een verder goed en sociaal beleid. Dit beleid dient, zoals afgelopen zondag in VPRO’s Tegenlicht bleek, de agenda van de grote industriëlen in Europa, georganiseerd in de Europese Ronde Tafel (ERT). We moeten volgens de Anthony Burgmans van Unilever, voorzitter van de Werkgroep Uitbreiding van de ERT, harder gaan werken voor een lager loon, voor minder vrije dagen, een lager pensioen, minder sociale zekerheid en minder overheidsvoorzieningen. Dat is de kern van de Europese agenda, zo maakte Burgmans in deze verhelderende uitzending pijnlijk duidelijk. En de ERT heeft in Europa tot nu toe altijd gelijk gekregen. Dit tij kan alleen gekeerd worden als veel meer werknemers het voorbeeld van de havenwerkers volgen en in actie komen tegen dit soort plannen vanuit Europa. Dat is hard nodig, zowel binnen als buiten het Europese Parlement, wil men niet geheel overgeleverd worden aan de amorele krachten van de ‘vrije’ markt.