Waarschuwingen uit Canada
SP-Europarlementariër Anne-Marie Mineur zag in Canada de gevolgen van een vrijhandelsverdragen als TTIP of CETA. De gevolgen van het NAFTA-verdrag zijn ontluisterend: Verlies van honderdduizenden banen, miljardenclaims door het bedrijfsleven en uitholling van de rechtsstaat.
NAFTA is een vrijhandelsverdrag tussen Canada, de VS en Mexico. Het lijkt erg op de verdragen die de EU wil sluiten: met de VS (TTIP) en met Canada (CETA). SP-Europarlementariër Anne-Marie Mineur en fractiemedewerker Vera Inekçi bezochten Canada om aan de Canadezen te vragen wat de gevolgen zijn. In het provinciestadje Welland, bij het natuurgebied Digby en in de grote stad Montréal; overal klinkt frustratie over het verdrag.
Mineur ontmoette ook de bekende activiste en schrijfster Naomi Klein: ‘Zij heeft een manifest voor een duurzame economie geschreven, en was het met me eens: met verdragen zoals NAFTA en CETA heeft dat manifest volstrekt geen zin.’
Welland: werkloosheid en leegstand door loonconcurrentie
Welland is een stadje ter grootte van Houten in het zuiden van de provincie Ontario, vlakbij de grens met de VS. Veertig jaar geleden had Welland een bloeiende industrie, en op de 40.000 inwoners waren er 120.000 arbeidsplaatsen, onder andere in de textiel, de staalindustrie en de auto-industrie. Vanuit de verre omtrek kwamen mensen naar Welland voor hun werk. Die tijd is definitief voorbij, en met een werkloosheid van 8,8 procent zit Welland nu ruim boven het landelijk gemiddelde van 4,9 procent. Welland heeft zwaar geleden onder de gevolgen van NAFTA. Veel bedrijven zijn vertrokken naar de Verenigde Staten en Mexico omdat de lonen daar soms de helft lager zijn. Canada heeft sterke vakbonden, maar tegen het NAFTA-verdrag stonden zij machteloos.
De uittocht blijft zichtbaar in Welland. De bedrijven die failliet gingen, kregen hun bedrijfsterreinen niet verkocht omdat ze vaak zwaar vervuild zijn. Ze sloopten de gebouwen die erop staan zodat ze minder belasting hoeven betalen, en verder laten ze er onkruid op groeien. Welland heeft veel van dit soort verlaten plekken waar hekken omheen staan en waar niets kan gebeuren. De plaatselijke politiek kan niets doen.
Eén van de ondernemers die geweigerd heeft om de lage lonen achterna te reizen, is staalproducent Tim Clutterbuck. Hij heeft hard gevochten om te zorgen dat ten minste een deel van de werknemers hun werk konden blijven doen. Hij is geboren en getogen in Welland, en hij weigert zijn stad in de steek te laten. Zijn belangrijkste bezwaar tegen NAFTA is dat het een ongelijk speelveld oplevert. Hoe moet hij zijn werknemers fatsoenlijk betalen als hij moet concurreren tegen Mexicaanse salarissen? Mineur vraagt hem waarom Canada eigenlijk überhaupt een vrijhandelsverdrag nodig heeft. Clutterbuck: ‘Ik kan mijn staal over de hele wereld kwijt. Zo hoog zijn de handelstarieven helemaal niet. Voor mij hoeven deze handelsverdragen er niet te komen.’
Digby: 100 miljoen boete voor het redden van de natuur
Aan de oostkust van Canada ligt Nova Scotia, een eiland ter grootte van Nederland en Vlaanderen samen. Digby, een schiereiland aan de westkust van Nova Scotia, is dun bevolkt, aantrekkelijk voor het toeristen en belangrijk vanwege zijn natuurschoon. Rondom het schiereiland zwemmen de zeldzame Noordkaper-walvissen.
Maar in de grond zit ook basalt, en dat trok het Amerikaanse bedrijf Bilcon naar Digby. Bilcon wilde het basalt gaan winnen met behulp van dynamiet, ze wilden er een fabriek neerzetten en een zeehaven openen. Tien jaar geleden wisten de bewoners de regering ervan te overtuigen dat de schade voor de bewoners, de economie en de natuur te groot zou zijn en de regering verbood de plannen. Mineur: ‘En zo kon Digby worden bijgeschreven in de lijst met succesverhalen van hoe bewoners zich kunnen organiseren en kennis, geld en mankracht kunnen verzamelen. Maar dat was niet het einde van het verhaal.’
Sinds 1993 geldt het vrijhandelsverdrag NAFTA, waardoor buitenlandse investeerders staten kunnen aanklagen wanneer die beslissingen nemen die hun winstverwachting bedreigen. Dat zogeheten ISDS (Investor to State Dispute Settlement) gaat helemaal buiten het normale rechtsysteem om. De arbiters hoeven alleen maar naar de tekst van het handelsverdrag te kijken, en niet naar de nationale wetten. Mineur: ‘Bilcon deed een beroep op ISDS en eiste in eerste instantie een schadevergoeding van 300 miljoen dollar. Die eis ging omlaag naar 100 miljoen dollar, maar hij werd wel toegewezen door twee van de drie arbiters. Niet omdat Bilcon zo veel onkosten had gemaakt die vergoed moesten worden, maar omdat het besluit van de overheid een streep zette door de verwachte winst!’ Volgens Mineur een boete op goed beleid: ‘En vergeet niet: in CETA zit zo’n zelfde ISDS-systeem. Alleen dat is al reden genoeg om nee te zeggen tegen CETA.’
Montréal: strijd tegen schaliegas en teerzandolie
In de grote stad Montréal sprak Mineur met mensen met vergelijkbare ervaringen. Zo strijdt de Saint Lawrence Coalition met succes tegen schaliegasboringen in de Saint Lawrence-rivier die de Grote Meren verbindt met de Atlantische Ocean. Toen er sprake was van een mogelijkheid om naar schaliegas te gaan boren, heeft een aantal ondernemers daar voor een schijntje een pachtovereenkomst gesloten. Lone Pine Resources heeft een optie genomen op zo'n pachtovereenkomst. De provincie Quebec heeft unaniem besloten voor een moratorium op schaliegasboringen. Desondanks claimt het bedrijf nu 250 miljoen dollar vanwege de misgelopen toekomstige winsten. De zaak dient in september van dit jaar.
Een andere grote zaak betreft de East Energy-oliepijplijn die dwars door Canada loopt en die TransCanada Corp nieuw leven wil inblazen en verlengen. De pijplijn moet 4.400 kilometer lang worden, en de bedoeling is om er teerzandolie doorheen te laten lopen die vervolgens verscheept moet gaan worden naar Europa. Mineur sprak met Anne-Céline Guyon van de actiegroep Coule Pas Chez Nous, die zich daar hevig tegen verzet. De risico’s voor het milieu zijn enorm, zowel bij de winning van de sterk vervuilende teerzandolie als bij de aanleg van, en het transport door de buizen. Mineur: ‘Een bekende zaak die hiermee samenhangt is de aftakking van deze pijplijn richting de Verenigde Staten. Deze zogenoemde Pipeline XL stuitte op een 'nee' van president Obama. Maar dat was aanleiding voor TransCanada om een ISDS-claim van 15 miljard dollar neer te leggen bij de Amerikaanse regering.’
Mineur heeft grote moeite met het aparte rechtssysteem dat door ISDS ontstaat: ‘Ik heb in Nederland veel gesproken met bewonersverenigingen en actiegroepen en ik weet hoe belangrijk het is om de rechter om een uitspraak te kunnen vragen, en eventueel in hoger beroep te kunnen gaan. In het uiterste geval kun je zelfs nog proberen om via de Tweede Kamer de wet te veranderen. Met ISDS is dat allemaal niet mogelijk. Arbiters zijn vaak niet onafhankelijk, beroep bij een onafhankelijke rechtbank is uitgesloten en zelfs al zou je de wet veranderen, dan maakt dat geen verschil want een ISDS-panel hoeft niet naar de wet te kijken.’
Council of Canadians: burgerbeweging tegen handelsverdragen
Mineur sprak met allerlei activisten, en één groep is buitengewoon goed georganiseerd: ‘Overal waar ik kom, tref ik vertegenwoordigers van de Council of Canadians: Robin Tress in Digby, Fiona Ward in Welland en Sujata Dey in Montréal. De Council of Canadians werd dertig jaar geleden opgericht in aanloop naar het NAFTA-verdrag, en het is een burgerbeweging die zich inzet voor fair trade, vakbondsrechten en milieuzaken. Aan het hoofd staat Maude Barlow, een erudiete en gelauwerde vrouw die de afgelopen maanden veel in Europa was om Europeanen te waarschuwen tegen NAFTA.’ Op canadians.org/ceta is een filmpje te vinden dat de Council of Canadians heeft gemaakt over CETA.
De risico's zijn groot volgens de Council of Canadians. De verwachte winst op zijn best onzeker. Canada heeft tot nu toe 37 zaken tegen zich gehad, en de ergernis erover groeit. De economische groei valt zwaar tegen, en de regering kan opnieuw niet onderbouwen hoe CETA in dat opzicht anders zal zijn. Waar Canada de grootste ontvanger is van ISDS-zaken, is Nederland het land van waaruit de meeste ISDS-zaken worden aangespannen. Mineur: ‘Ik heb me niet geschaamd, toen ik in Canada was, maar ik voel me wel eens te meer gemotiveerd om CETA tegen te houden. De prijs is te hoog, de winst te zeer beperkt voor de grote bedrijven en de schade aan het milieu, de samenleving en de democratie te groot.’
‘We zouden een gezamenlijk evenement moeten organiseren aan weerszijden van de Atlantische Oceaan, met allemaal leuke en lekkere producten van beide kanten’, aldus de bekende Canadese schrijfster en activiste Naomi Klein in een gesprek met Mineur na afloop van een workshop over haar manifest voor een duurzame economie. Klein: ‘Er is veel sympathie voor de Europese bevolking en alles wat Europa ons brengt. Maar dit soort vrijhandelsverdragen schaadt ons allebei.’ Mineur: ‘Ik ben het met haar eens. We kunnen alle bondgenoten gebruiken die we kunnen krijgen.’