Transparency International heeft geen vertrouwen in de Oekraïense regering

In de vandaag uitgekomen Corruption Perception Index (CPI) van Transparency International bungelt Oekraïne nog steeds in de onderste regionen. SP-Europarlementariër Dennis de Jong: ´Oekraïne staat tussen landen als Paraguay en Nepal op de 130e plaats op een totaal van 167. Of dit nog niet erg genoeg is, wijst Transparency International er op dat de Oekraïense regering de hakken in het zand zet als het gaat om het nemen van de broodnodige maatregelen tegen corruptie. En met zo´n land sluit de EU dan een verdrag? Een Nee bij het Oekraïne referendum zie ik dan ook mede als een nee tegen corruptie in Oekraïne en een nee tegen bedrijven die er zaken willen doen en er geen been in zien steekpenningen te betalen´.

De meeste lidstaten van de Europese Unie doen het dit jaar iets beter dan in de index van vorig jaar. De Jong: ´Het is echt goed nieuws dat de meeste lidstaten vooruitgang boeken. Dat geldt voor Nederland dat er vier punten bij krijgt en nu op de vijfde plaats staat tegen plaats acht vorig jaar. Het geldt ook voor veel Oost- en Zuid-Europese lidstaten. Griekenland waar de linkse regering van Alexis Tsipras corruptiebestrijding als prioriteit ziet, stijgt van plaats 69 naar 58 en heeft nu 46 punten tegen 43 vorig jaar. Cyprus en Spanje daarentegen zakten. Daar waren juist gevestigde partijen aan de macht. Het is goed te zien dat nieuwe linkse bezems schoon vegen´.

Bij de CPI moet wel altijd de kanttekening gemaakt worden dat het hier gaat om het meten van percepties. Zo worden veel bedrijven gevraagd naar hun oordeel over landen waar zij actief zijn. De Jong: ´Percepties zijn nooit helemaal betrouwbaar, maar een beter meetinstrument hebben we niet. Corruptie is nu eenmaal een delict waar beide partijen er belang bij hebben dat het niet aan het licht komt. Precieze cijfers over de betaalde steekpenningen zijn dan ook niet te geven´.