Kox tegen PvdA: doormodderen of doorbijten?
‘Wie vindt dat het kabinet een wezenlijk foute koers vaart, doet er verstandig aan het weg te sturen, als zich de kans voordoet. Het is beter om door te bijten dan door te modderen, door elke keer als de PVV even niet thuis geeft, de regering toch overeind te houden.’ Die boodschap had SP-senator Kox aan het einde van de algemene beschouwingen in de Eerste Kamer voor de PvdA.
Zowel PvdA als SP hebben zware kritiek op de koers van de regering-Rutte. Kox veroordeelde het ‘liberaal fundamentalisme’ van het kabinet, dat tot rampzalige gevolgen voor de samenleving kan leiden: ‘De 18 miljard aan bezuinigingen gaat door, ondanks alle protesten uit de samenleving en het zinkende vertrouwen van de bevolking in de politiek. En als de plannen van het kabinet niet voldoende effect hebben, dan wordt er nog meer bezuinigd. En dat alles vanuit de opvatting dat een kleinere overheid en een grotere markt het beste voor ons allemaal is.’
Kox zette tegenover de koers van het kabinet het alternatief van een overheid die in crisistijd niet terugtreedt maar optreedt en de publieke sector niet uitkleedt maar aankleedt. Verder pleitte hij voor een ander Europees beleid, waarin de financiële sector niet langer aanbeden maar aangelijnd wordt. Met een splitsing van sparen en speculeren bij de banken, het laten meebetalen van de banken aan de schulden waarmee ze de samenleving hebben opgezadeld, een rem op flitskapitaal en een serieuze vermogens- en vennootschapsbelasting.
PvdA-fractievoorzitter Marleen Barth gaf toe dat haar partij de kans heeft om het kabinet naar huis te sturen maar dat niet doet als het om Europese besluitvorming gaat. Ze is ‘niet uit op korte baan succes’. Kox sprak van overmoed: ‘De PvdA gaat niet over de toekomst van de euro maar wel over de toekomst van het kabinet. Als we dat naar huis sturen, kan Nederland een betere koers gaan volgen, weg van het liberale fundamentalisme en op weg naar een socialer Nederland. Het is beter even door te bijten als het kan, dan te blijven doormodderen en de regering overeind te houden.’
Lees hieronder de volledige inbreng van Tiny Kox in het debat:
Vorig jaar prees ik de premier voor zijn enthousiaste optreden in deze zaal. Nu prijs ik hem en zijn regering voor alle inzet ook buiten deze zaal. De minister-president vliegt van hot naar her, minister De Jager is altijd onderweg en ook voor de rest van het kabinet lijkt het me niet mee te vallen, regeren in tijden van crisis. Ik zie de grijze haren toenemen en de kleurspoelingen frequenter worden.
Voor die inzet dus onze welgemeende complimenten. Maar die gelden helaas niet voor het inzicht dat de regering ten toon spreidt. Daar schuurt het niet een beetje, daar botsen we frontaal. De regering noemt zichzelf in de Miljoenennota ‘koersvast in onzekere tijden’. Dat bestrijden wij niet. De koers is inderdaad vast - maar de richting redelijk rampzalig. Je denkt aan de spookrijder, die zijn tegenliggers blijmoedig met knippersignalen blijft waarschuwen. De Miljoenennota gaat ervan uit dat een door liberale ontsporingen veroorzaakte crisis effectief bestreden kan worden met nog meer liberale maatregelen. Maar heet dat niet: de duivel uitdrijven met beëlzebub? En leidt dat niet van kwaad tot erger?
Liberaal fundamentalisme De regering-Rutte bekent zich zo tot het liberale fundamentalisme. Natuurlijk, sinds de jaren ’90 hebben alle kabinetten al feitelijk gekozen voor de mantra van meer markt en minder overheid. Maar dat heette steeds een pragmatische oplossing voor nieuwe problemen. Lubbers noemde het no nonsense, Kok verschoot van rood naar paars en Balkenende beriep zich op oude waarden en normen. Echt liberaal, dat waren alleen de VVD’ers, zei men, hoewel Frits Bolkestein al vroeg vaststelde dat iedereen buiten de SP liberaal was geworden. En, zei Bolkestein, er viel mee te leven dat de minister-president officieel niet van liberale signatuur was. ‘Zij de premier, wij het beleid’ zei hij en keek daar best tevreden bij. Maar nu hebben de liberalen dus het beleid en de premier. En dat leidt tot liberaal fundamentalisme. Deze minister-president voelt zich opmerkelijk zeker, welhaast overmoedig, als leider van een minderheidskabinet, dat slechts een derde deel van beide Kamers achter zich weet. Hij weet immers dat hij doorgaans op de PVV kan rekenen en als die even niet thuis geeft, kan hij altijd aankloppen bij een willig deel van de oppositie. Ook in dit Huis. Ik verwijs naar de ID-kaart en de langstudeerdersboete, waar de SGP te hulp schoot en de ophoging van het Europese noodfonds, waar PvdA, D66 en GroenLinks het gat van de PVV vriendelijk vulden. Wij hebben de premier hoog maar vinden dat zijn regering een fundamenteel foute koers vaart en zullen hem dus geen reddingsboei toewerpen. Of het nu gaat om de 18 miljard averechtse bezuinigingen, het ondemocratische pensioenakkoord of de paniekerige aanpak van de eurocrisis. Een volledig vaarverbod lijkt ons beter voor het land en zijn burgers. Eerlijker kan ik het niet zeggen.
18 miljard bezuinigen: hardvochtig en kortzichtig Want waartoe liberaal fundamentalisme leidt, weten we na één jaar regeren en met de Miljoenennota voor het komende jaar erbij. Het kabinet zal ook komend jaar de 18 miljard bezuinigingsoperatie, zoals afgesproken in het regeerakkoord, ‘onverkort uitvoeren en de begrotingsregels handhaven’. Dat de protesten op straat tegen de hardvochtige en kortzichtige uitwerking van die enorme bezuinigingsoperatie toenemen, en onderzoek laat zien dat steeds meer mensen hun vertrouwen in de politiek verliezen, kan de regering niet vermurwen. Sterker nog: als de afname van het begrotingstekort niet naar plan verloopt – en de voorspellingen duiden daarop – dan zal het kabinet ingrijpen. Nog meer bezuinigen dus, zeg ik vooral tegen de PVV. Is er voor die partij een bovengrens aan het breken van verkiezingsbeloften (wij tellen ze) - of is het gedogen tot elke prijs? De Miljoenennota vertelt dat ‘het kabinet een overtuigde keuze maakt voor een compacte en meer doelmatige overheid en meer ruimte voor een krachtige private sector.’ Dat is, zo zeg ik tegen het CDA, veel meer dan pragmatisme, dat is fundamentalisme. Dat is de crisis gebruiken voor het bevechten van je eigen ideologische gelijk. Het leven is eenvoudig vanuit liberaal fundamentalistisch perspectief, vertelt het kabinet ons: ‘Een terugtrekkende overheid doet een kleiner beroep op de kapitaalmarkt zodat het bedrijfsleven makkelijker aan leningen kan komen.’ Ja, mooie boel – maar dan betalen de mensen in de sociale werkplaats, de gepensioneerden, de mensen met een beperking, alleenstaande moeders met kleine kinderen, de middeninkomens, de mensen in de bijstand, de migranten, de kunstenaars, de studenten, de scholieren, de mensen met de kleinste kansen de rekening van die crisis.
Fundamenten onder welvaart niet afbreken Bijna de helft van ons collectieve budget gaat op aan zorg en sociale voorzieningen, meldt de Miljoenennota zorgelijk. Nou en? - zeggen wij van de SP. Wat is het probleem? Die collectieve uitgaven worden toch ook collectief opgebracht? En zo zorgen we ervoor dat we samen langer gezond in leven blijven en, als we niet het geluk van een goede baan of goede gezondheid hebben, ons toch een zeker bestaan gegund wordt. Kan je je geld nog beter uitgeven? De elementaire vraag is niet wat iets kost maar wat het oplevert. Een gezond leven en bestaanszekerheid horen kerndoelen te zijn van een zichzelf respecterende samenleving. En we kunnen het ons permitteren. Want dit kleine land, waar slechts tweeduizendste deel van de wereldbevolking woont, is de zestiende economie van de wereld, de achtste naar financiële sector, de zevende naar concurrentievermogen en sociale ontwikkeling, de vijfde naar wereldwijde investeringen, de tweede naar gemiddeld inkomen in de Europese Unie - en de eerste wereldwijd als het om voetbaluitslagen gaat. En waarom we dat zijn? Dat staat ook in de Miljoenennota: omdat we beter scoren. Omdat onze instituties, zeg de wijze waarop we ons samenleven hier regelen, zo geruststellend functioneren, omdat onze beroepsbevolking zo hoog gekwalificeerd is, omdat onze fysieke en sociale infrastructuur verhoudingsgewijs zo goed in elkaar steekt. Waarom breken we dan deze fundamenten onder onze welvaart en ons welzijn af?
Financiële markten moeten worden aangelijnd Wie fundamentele kritiek levert, moet ook wezenlijke alternatieven hebben. Wel, die hebben we en we geven ze graag aan de premier mee, naar wat morgen de Moeder aller Toppen moet worden. Wij vinden dat een democratisch gelegitimeerde overheid in crisistijd niet moet terugtreden maar moet optreden en de publieke sector niet moet uitkleden maar moet aankleden. Wij vinden dat de financiële markten morgen al te horen moeten krijgen dat het uit is met de pret, dat de samenleving weer de baas is en het geld de knecht. Het Gouden Kalf moet niet langer aanbeden worden maar aangelijnd. Er moet nu een einde komen aan de beschamende vertoning dat regeringen zondags hun zoenoffers aankondigen waarna iedereen maandags smachtend kijkt of de financiële markten het slikken. Democratisch gelegitimeerde overheden moeten zich niet langer laten leiden door ondemocratische financiële markten maar moeten zelf gaan leiden. Daar is lef voor nodig. Net als voor het Tientje van Lieftinck, de geleide loon- en prijspolitiek van Drees, de afspraken van Bretton Woods en de totstandkoming van de EGKS en de Europese Gemeenschap.
En dus moeten we nu hard ingrijpen in de op hol geslagen financiële sector. We hebben de indruk dat onze voorstellen, ook in Europa, steeds meer weerklank vinden – maar dat is niet voldoende. Er moet nu een daadwerkelijke ingrijpende herstructurering van het bankwezen komen, met een scheiding van sparen en speculeren; met banken die meebetalen aan schulden die ze zelf hebben laten ontstaan; met een rem op flitskapitaal, een substantiële bijdrage van grote vermogens, een serieuze vennootschapsbelasting en een eerlijker verdeling van de lasten en de lusten over de bevolking, nationaal en internationaal. En een fundamentele herbezinning op de muntunie, waarvan nu wel vast staat dat hij onder verkeerde veronderstellingen is aangegaan. Bolkestein noemde de euro zondag ‘een slaappil’. Voortschrijdend inzicht kennelijk, deelt de premier dat? En is het dan niet hoog tijd om met zijn allen wakker te worden?
Steeds meer onderzoek bewijst dat crisis en ongelijkheid zijn gerelateerd. In Amerika bezit de top 1% nu 25% van het totale inkomen – dat is twee keer zoveel als 25 jaar terug. In Amerika heeft de rijkste 1% nu 40% van het totale vermogen in handen. Hoe ligt die verhouding bij ons, qua inkomen en qua vermogen? Durft iemand te ontkennen dat het kapitalisme in zijn neoliberale fase gierend uit de klauwen aan het lopen is? Om de rijken almaar rijker te laten worden moeten de niet-rijken almaar blijven kopen. En dat kunnen ze alleen maar door te lenen. Burgers en landen. Zo groeit de schuldenlast. Onze groeiende schulden en hun groeiende vermogens zijn communicerende vaten. Tweederde van de Europese schuld waarover we ons nu druk maken, is in Europese handen. We zijn niet overgeleverd aan de goden – mits we ons lot weer in eigen hand nemen. Maar zoals gezegd, daar heb je lef voor nodig.
Minder en slimmer bezuinigen Hoe doe je dat concreet in eigen land? Door minder en slimmer te bezuinigen. Door minder in kosten en meer in investeringen te denken. Door lasten beter te verdelen. Door protesten niet te negeren, maar op hun waarde te schatten. Als mensen in de sociale werkplaats vragen om te mogen blijven werken, dan is dat geen egoïstische eis. Waarom voert het kabinet de hier vorig jaar aangenomen motie over de sociale werkvoorziening trouwens niet uit? Als werknemers om een aan hen beloofd pensioen vragen, dan is dat loon naar werken. Als woningzoekenden een betaalbaar huis willen, is daar niets onredelijks aan. Waarom voert het kabinet de hier aangenomen motie over de hypotheekrenteaftrek trouwens niet uit? En als voor het Beursgebouw betrokken jonge mensen hun zorgen over de toekomst uiten, moeten zij niet worden ontruimd zoals de Amsterdamse VVD voorstelt, maar vriendelijk onthaald. Met een bosje bloemen of zo.
Zeker in crisistijd moet het parlement staan voor de democratie en de rechtsstaat. Dus zijn we tegen het dom wegsnijden van grote delen van het parlement. Is dat een serieus plan? En we willen niet dat wetsvoorstellen die nog niet zijn aangenomen al worden uitgevoerd, of dat aangenomen wetten bij Amvb ingrijpend worden gewijzigd, of dat afgewezen wetten met een omweg weer op de agenda worden gezet. We betreuren ook de regeringsinmenging in de verkiezingen van deze Kamer. Zoiets is niet voor herhaling vatbaar. Om te voorkomen dat deze Kamer over vier jaar weer voor schut staat, moeten we snel met elkaar heldere afspraken maken, die publiek maken en er dan iedereen aan houden. Overigens willen we graag overleggen met de regering hoe we een moderner parlement kunnen inrichten, dat sneller, transparanter, efficiënter en goedkoper werkt. Als we dan toch gaan moderniseren, laten we het dan goed doen. Dat geldt trouwens ook voor de monarchie. Wie voor democratie en rechtsstaat is, verklaart zich ook tegen het beperken van inspraak van burgers en het belemmeren van de gang naar de rechter. Dus zijn we tegen het permanent maken van de crisis- en herstelwet, het ophogen van griffierechten, het verminderen van rechtsbijstand, het onnodig of ontijdig opzij schuiven van rechterlijke uitspraken of – internationaal – het kortwieken van het Europees Mensenrechtenhof. Ik ben blij dat de regering in ieder geval haar aanvankelijke dwaalkoers op dit punt verlaten lijkt te hebben, gezien de brief van de minister van Veiligheid & Justitie van 3 oktober. Is dat juist?
Nederland geen provincie van superstaat Europa En we blijven vinden dat Nederland geen provincie van superstaat Europa moet worden, omdat de bevolking dat niet wil en omdat de democratie op dat niveau niet naar behoren functioneert. Ook in Europees verband geldt dat we in tijden van crisis niet minder maar meer democratie nodig hebben en dus niet nationale volksvertegenwoordigingen buiten spel moeten zetten en Brusselse bureaucraten die macht laten overnemen, aangestuurd door Duitsland en Frankrijk. Dat verkleint namelijk de bereidheid tot internationaal samenwerken en vergroot het bekrompen nationalisme.
In het afgelopen jaar hebben dappere mensen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten een einde gemaakt aan autoritaire regimes in Tunesië, Egypte en Libië en die van Jemen en Syrië aan het wankelen gebracht. Het is goed dat de regering nagaat hoe wij kunnen helpen. Wij bepleiten daarbij goede samenwerking met Europese Unie en Raad van Europa. In de hoopgevende Arabische Lente is het treurig dat de Nederlandse regering de legitieme wens van het Palestijnse volk dwarsboomt om toegelaten te worden tot de Verenigde Naties. Waarom toch deze koppigheid, die ons land internationaal isoleert en blameert? Hoopgevend is het dat zowel het Europees Parlement als de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa de Europese leden van de Veiligheidsraad oproepen om het Palestijnse toelatingsverzoek wel te steunen. Wat vindt de regering daarvan?
Niet één aandeel, één stem maar één mens, één stem Volgens ons is het nu tijd om ook in eigen land een fundamentele keuze te maken voor meer democratie. Tijd om afscheid te nemen van de ideologie van één aandeel, één stem, en terug te keren naar het besef dat het veel verstandiger is uit te gaan van één mens, één stem. In tijden van crisis hebben we meer democratie nodig om door en uit de crisis te komen. Cort van der Linden koos voor invoering van de democratie toen hij premier van dit land in crisistijd was. Bij hem was dat voortschrijdend inzicht. Hoeveel voortschrijdend inzicht mogen we van deze premier verwachten? Ik zie uit naar zijn beantwoording.