Daklozen onder dak en een kans op een beter leven
SP-Kamerlid Krista van Velzen ging vrijdag op bezoek bij Discus, een organisatie die daklozen biedt waar ze het meeste behoefte aan hebben: een huis. "Het daklozenprobleem opgelost in de grote steden? Wat een lariekoek! Het is maar hoe je telt." Discus-medewerker Martin Kok kan zich opwinden over de makkelijke praatjes die je soms hoort. "Een paar nachtjes onderdak kan je wel vinden. Maar dan sta je wel weer op straat. Ik weet ze wel te vinden hoor, al die mensen die onder bruggen slapen. Er zijn nog steeds grote tekorten in de opvang voor daklozen."
Kok vertelt Van Velzen over zijn organisatie en brengt haar in gesprek met enkele van de bewoners van de ‘Discus huizen’. Discus vond haar inspiratie in Pathways to Housing, een project in New York dat voor inmiddels 200 daklozen een huis en begeleiding regelde. En met succes, vrijwel elke dakloze bouwt een nieuw bestaan op en maar een zeer klein percentage slaagt er niet in de huur te betalen en overlast te voorkomen.
Martin vertelt over zijn afkeer van wooncontainers en andere projecten waarbij daklozen een minderwaardige woning aangeboden krijgen. Die projecten waar daklozen gezamenlijk onderdak vinden zijn vaak triest. Lange gangen met deurtjes waar mensen achter zitten te verpieteren. Waar oogluikend de dealers binnen gelaten worden en mensen geen steek verder komen.. Niet om zijn collega’s in de maatschappelijke opvang de maat te nemen, maar als je deze mensen allemaal bij elkaar steekt dan wordt het er voor deze mensen echt niet beter op.
Discus heeft sinds haar start in het voorjaar van 2006 inmiddels 40 mensen onderdak geholpen. De moeilijkste groep, zwaar verslaafden met vaak een psychiatrische stoornis die in de reguliere opvang moeilijk te handhaven waren, notoire zorgmijders die soms jarenlang buiten sliepen, juist deze groep vind bij Discus een veilige haven.
Radost In Osdorp, vlak bij het beruchte station Lelylaan woont Radost*. Martin vertelt: "Radost is een typische zorgmijder. Relatieproblemen dreven hem de straat op. Drie jaar lang woonde hij in een tentje op het terrein van een energiebedrijf en onder bruggen. Meer en meer raakte hij in zichzelf gekeerd, tot hij stemmen ging horen en psychotische aanvallen kreeg. Met een stevige verslaving werd hij onder dwang opgenomen."
Iets wat ze wat Radost betreft veel eerder hadden mogen doen. Hij is blij, hij straalt het aan alle kanten uit. Blij dat hij een huis heeft. Als hij op straat langs de plekjes komt waar hij vroeger sliep bekruipt het hem: hier ben ik gelukkig van af. Eten was nooit zo’n probleem. Er waren altijd kerkelijke instanties. Maar dat slapen. Een hel.. Tot een hulpverlener hem wees op Discus. Wil jij een huis? "Ik kon het niet geloven. Ik zei nog: jij maakt een grapje. Maar een week later zat ik hier, in mijn huis, mijn eigen sleutels. Ik wil niet 24 uur per dag hier zitten. De eerste drie maanden was ik erg onrustig. Ging ik toch weer over de straten zwerven. Maar nu heb ik 4 dagen in de week werk bij een boekbinderij. Ik ben zo blij.." Trots toont hij een notitieboek dat hij zelf gemaakt en ingebonden heeft en vertelt over het inbinden van antieke boeken. Hij gebruikt geen drugs meer, buiten de dosering methadon en ook daar probeert hij snel vanaf te komen. Zijn leven staat weer op de rails.
Joost Ook Joost* is tevreden. Bij elkaar heeft hij zo’n 16 jaar in de bak gezeten. In de Bijlmerbajes werd het helemaal niks. Na plaatsing op de verslaafden-afdeling belandde hij in een maatregel voor veelplegers. Daar wilde hij aan de slag om zelf te regelen dat hij onderdak zou hebben als hij vrij zou komen en een ID-bewijs, maar kreeg daar geen toestemming voor. "Via Discus had ik vrijwel direct een appartementje in Osdorp. Stond ik daar met mijn twee blauwe zakken. Een huis. En de volgende dag mocht ik me melden. Dat was wel even wennen. Ik was het gewend om een auto of een motor te hebben. Sliep in hotels. Had het altijd luxe door de inkomsten die ik had uit criminaliteit. Dat is nu wel anders. Ik ben van de drugs af. Ben mijn leven aan het opbouwen, mijd de plekken waar ik vroeger uithing. De jongens van vroeger weten niet dat ik hier woon en hebben mijn telefoonnummer niet. En Martin steunt me om alles op een rijtje te krijgen. De dienst werk en inkomen van de gemeente Amsterdam zit nu wel op mijn nek omdat ik mee moet doen aan een activeringscursus. Daar moet ik boutjes en moertjes in elkaar draaien terwijl ik eigenlijk veel meer mogelijkheden heb. En er lopen daar mensen rond die zo in de war zijn. De dealers rijden er rondjes voor de deur. Eigenlijk heb ik hier helemaal geen trek in maar ik zie ook wel dat dit een opstap is naar beter."
Martin vertelt over de basisgedachte van Discus, een samenwerking van Mentrum, HVO Querido en woningbouwcorporatie De Alliantie. Cliënten krijgen begeleiding met als hoofddoel de woning die ze aangeboden krijgen te behouden. In de normale opvang kan je jaren rond gaan in het circuit van hostels en domussen en gloort er ergens aan het eind van de tunnel misschien een eigen huis. ‘Wij slaan dat stuk over. We spreken af dat de huur betaald moet worden en dat er geen overlast mag zijn. We beginnen dus niet met een verbod op drugs, dat komt later wel en als de cliënt zelf gemotiveerd is. Dat wekt wel verbazing. Overal wordt hun door hulpverleners verteld wat goed voor ze is. Bij ons mogen ze het zelf weten. En dat werkt." Hij telt op z’n vingers. Van de acht cliënten die hij begeleidt zijn er twee nog problematisch aan de drugs, de rest is stabiel of (de meeste) van de drugs af.
Woningcorporaties zijn enthousiast over dit initiatief. Martin: "We voorkomen een hoop overlast voor die corporaties, want die kunnen bij het minste of geringste ons bellen. We zijn namelijk 24 uur per dag bereikbaar. Cliënten zijn daar ook erg bij gebaat. Laatst had ik nog iemand die me belde over een brief van een deurwaarder en die het helemaal niet meer zag zitten. Dan is terugval dichtbij. Maar ik heb die cliënt kunnen geruststellen. Die deurwaardersbrieven zijn altijd een toontje harder dan wat echt nodig is. En dan zeg ik, zullen we het er maandag even verder over hebben? En dan is die cliënt al weer in staat om gewoon verder te gaan. Dat is mooi. Het is goed om te zien hoe je mensen concreet kan helpen. Mensen waarvan je denkt – gaat dat wel lukken – die na een tijdje weer in staat zijn een redelijk bestaan op te bouwen. Dat is prachtig. Ik heb mooi werk."
* namen zijn gefingeerd i.v.m. privacy betrokkenen