Kabinet zwicht voor jagerslobby en verklaart vos vogelvrij
SP-Kamerlid Krista van Velzen is erg teleurgesteld dat minister Veerman van LNV zijn verzet tegen het bejaagbaar maken van de vos heeft gestaakt. “De minister laat zijn oren hangen naar de jagerslobby en plaatst de vos op de vrijstellingslijst, terwijl hij daar zelf grote twijfels bij heeft. Dat getuigt van een slappe ruggengraat.”
Lange tijd verzette Veerman zich tegen de wens van onder andere VVD, CDA en LPF om de vos vrij te bejagen. Hij heeft daar goede redenen voor: uit onderzoek blijkt immers dat het bejagen van de vos niet leidt tot een afname van de populatie. Vossen houden er een uitgekiend voortplantingsproces op na. Is er onder de vossenpopulatie veel sterfte, bijvoorbeeld door jacht, dan vangen vossen dit op door veel jongen te krijgen. Dit om de stand op peil te houden en de ruimte in leefgebieden, die door jacht is vrijgekomen, op te vullen. De jager hoeft ook niet op te treden als de vervanger van een zogenaamde ontbrekende natuurlijke vijand. Vossen hebben namelijk nooit een natuurlijke vijand gehad, of het zou honger of gebrek aan territorium moeten zijn.
Van Velzen: "Als er overlast en schade was door vossen, konden agrariërs tot nu toe een ontheffing aanvragen om te mogen jagen. Dat is beter, want het gaat uit van het 'nee, tenzij' principe. Nu is het hek van de dam en dat is een grote overwinning voor de jagerslobby die binnen en buiten de Kamer actief is."
Van Velzen heeft de minister met klem verzocht om, als de vos vrij bejaagbaar wordt, in ieder geval jagen tijdens de werp- en zoogperiode te verbieden. De minister gaf aan daar niet negatief tegenover te staan.