Harry van Bommel: ‘Concurrentiebeleid Netelenbos leidt tot hogere tarieven Interliner’

Tweede-Kamerlid Harry van Bommel spreekt er schande van dat passagiers met doorgaande plaatsbewijzen voor trein en Interliner volgend jaar een tariefsverhoging van 6 tot 25 procent boven het hoofd hangt.

De doorgaande kaartjes leveren volgens busmaatschappij Connexxion onvoldoende geld op. Omdat minister Netelenbos de busbedrijven heeft opgedragen in een paar jaar tijd hun kostendekkingsgraad te verhogen van 35% naar 50% willen NS en de busmaatschappijen van de doorgaande kaartjes af. Tienduizenden mensen zien dan hun reis per interliner en trein in tweeën geknipt. Zij moeten vanaf volgend jaar twee keer het hogere begintarief betalen.

Van Bommel: ‘Minister Netelenbos heeft de busbedrijven de duimschroeven aangedraaid. Zij denkt dat de busbedrijven efficiënter kunnen werken als ze met elkaar concurreren. Dat blijkt niet te lukken. Om toch voldoende geld binnen te krijgen verhogen de busbedrijven de prijzen van de kaartjes. De reizigers worden zo de dupe. Schande! Een prijsverhoging van 25% is echt onacceptabel!’

De SP waarschuwt al sinds jaar en dag tegen de veel te overspannen verwachtingen van concurrentie in het openbaar vervoer. Dit voorbeeld toont volgens de SP aan dat het concurrentiebeleid leidt tot hogere tarieven en tot het afschaffen van kaartintegratie. De positie van het openbaar vervoer ten opzichte van de auto wordt daardoor minder. ‘Op deze manier breekt Netelenbos het openbaar vervoer langzaam af,’ aldus Van Bommel. Van Bommel heeft de Minister de volgende vragen gesteld.

1. Kent u het bericht ‘Interliner fors duurder’?
2. Is het juist dat passagiers van de combinatie trein-interliner volgend jaar een prijsverhoging van 6 tot 25 procent boven het hoofd hangt? En is het juist dat een NS-kortingskaart straks niet meer geldig is in de interliner?
3. Deelt de minister de mening dat de tariefsverhoging voortvloeit uit haar eigen eis aan de vervoerbedrijven, dat de kostendekkingsgraad in een paar jaar omhoog moet van 35% naar 50%? Zo nee, waarom niet?
4. Wat vindt de minister van het feit dat sommige reizigers straks dezelfde reis niet meer met één kaartje kunnen maken, maar daar twee kaartjes voor nodig hebben? Staat dit niet haaks op haar wens tot kaartintegratie in het openbaar vervoer?
5. Is de minister het ermee eens dat door deze voorstellen een aanmerkelijke verslechtering voor de reizigers met de combinatie trein-interliner ontstaat? Staat dit niet haaks op het beleid het openbaar vervoer te bevorderen om een alternatief te bieden aan automobilisten? Is de minister niet bang dat de concurrentiepositie van het openbaar vervoer door deze maatregelen verslechtert?
6. Deelt de minister de conclusie dat concurrentie in het openbaar vervoer in het geval van de combinatie trein-interliner niet leidt tot efficiëntere bedrijfsvoering. Zo nee, waarom niet? Deelt de minister de conclusie dat concurrentie in het openbaar vervoer in dit geval leidt tot hogere prijzen voor de reizigers? Zo nee, waarom niet?
7. Is de minister van plan de tariefsverhoging goed te keuren? Waarom?