De kerstgroet
De kerstdagen staan voor de deur. Iedereen is bezig met de vraag wie er een kerstgroet moet krijgen. Kerstkaarten sturen, adressen schrijven, of emailkaarten in de mailbox. Het is een heel geregel: wanneer gaan we naar de schoonfamilie, wanneer gaan we naar de familie, wanneer gaan we naar vrienden of buren?
De heer Wiegel heeft besloten dit jaar een groet te sturen aan hen die werken in de zorg. In dagen van verbroedering en waardering vindt de heer Wiegel – ja, die van de VVD en ja, die van Zorgverzekeraars Nederland – dat wij allen moeten stilstaan bij en nadenken over de mensen die in de zorg werken. “Verplegenden en verzorgenden verdienen het om tijdens de feestdagen het middelpunt van onze aandacht te zijn”, zegt hij in een column in de Telegraaf op 22 november en brengt een heuse ‘actie’ op gang. Hij wil dat wij allen, als we van familie naar schoonfamilie reizen even na denken over de verpleegkundigen en verzorgenden die op dat moment aan het werk zijn. En wellicht bedoelt hij ook de mensen in de zorg die op dat moment genieten van de kerst.
Het is prima om gehoor te geven aan de oproep van Wiegel en een Kerstgroet te sturen naar verpleegkundigen en verzorgers. Want zij verdienen dik respect voor wat zij dag in, dag uit doen. Het werk dat zij 365 dagen per jaar doen. Maar het is jammer, heel zuur zelfs, dat juist degene die iets zou kunnen doen aan hun arbeidsomstandigheden, aan hun schamele salarissen, Wiegel zelf dus, enkel oproept tot maar drie dagen respect.
Ik heb respect voor de mensen in de zorg. Of ze nu opereren, of ze nu verplegen, of ze nu verzorgen, of ze nu behandelen, of ze er gewoon zijn voor onze geliefden. Die mensen verdienen alle dagen van het jaar een groet, en niet alleen met Kerst.