Weeklog: Deze week wil ik zakendoen met Koenders tegen het verhuiscircus
In het AD ging minister Koenders flink tekeer tegen het Europees Parlement. Van mij mag dat, want er is natuurlijk best veel aan te merken op alle verspilling en belangenconflicten in en rondom het EP. Maar hij maakte het wel erg bont om het EP aan te vallen over het verhuiscircus: de maandelijkse rit naar Straatsburg vinden verreweg de meeste Europarlementariërs hoogst irritant. Alleen kunnen ze er zelf geen verandering in brengen; dat moeten de regeringsleiders besluiten. Vandaar dat ik al in 2015, in aanloop naar het Nederlandse voorzitterschap, contact opnam met het ministerie van Buitenlandse Zaken om voor de stad Straatsburg iets te bedenken ter vervanging van het EP. Ik wacht nog steeds op een reactie, maar donderdag debatteren we in de Tweede Kamer over de Staat van de Unie. Daar mogen Europarlementariërs ook bij zijn. Ik heb zin in een leuke confrontatie met de minister. Wie weet, kunnen we dan eindelijk zakendoen.
In september vorig jaar legde ik in een Youtube filmpje uit hoe het zit met dat verhuiscircus en riep ik iedereen op een petitie tegen het heen en weer reizen tussen Brussel en Straatsburg te tekenen. Ik deed dat als vicevoorzitter van het netwerk van Europarlementariërs tegen het verhuiscircus, de ‘Single Seat Steering Group’. Met dezelfde pet op had ik een jaar daarvoor al het ministerie van Buitenlandse Zaken benaderd met een plannetje: voor de stad Straatsburg gaat het natuurlijk vooral om de pegels. Als het EP niet meer in Straatsburg bijeenkomt, verliezen hotels en horeca klandizie. Maar als netwerk hadden we berekend dat de stad veel meer verdient aan een instelling die er blijvend gevestigd is en niet drie van de vier weken per maand een leeg gebouw achterlaat, omdat iedereen alweer in Brussel is. Mijn idee was dat de Nederlandse regering aan het eind van het Nederlandse voorzitterschap, dat wil zeggen vorig jaar net voor het zomerreces, met een informeel document zou komen vol met alternatieven voor Straatsburg. Uiteindelijk moet het EU-verdrag gewijzigd worden omdat daarin Straatsburg als zetel van het EP is vastgelegd, en dus is de steun van alle regeringsleiders, inclusief de Franse, daarvoor nodig. Alleen met een zinvol alternatief voor Straatsburg zou een Frans veto voorkomen kunnen worden.
Er zijn veel ideeën in omloop: zo zou er in het gebouw van het EP een Europese universiteit kunnen komen of we zouden het Europese Hof van Justitie van Luxemburg kunnen verplaatsen naar Straatsburg. Samen met het Europese Hof voor de Rechten van de Mens zou het Hof dan kunnen bijdragen aan Straatsburg als ‘stad van het Europese recht’. Het vervelende is alleen dat als je ergens een instituut weghaalt, ook die lidstaat weer gecompenseerd wil worden. Zo ontstaat er een kettingreactie en je moet eigenlijk alle schakels in die ketting goed hebben doordacht, voordat je met een voorstel komt.
Van het ministerie kreeg ik de verzekering dat ze geïnteresseerd waren in mijn plan en dat we snel een datum voor overleg zouden prikken. Dat klonk goed en ik wil nog steeds graag met de ambtenaren van Buitenlandse Zaken een plan uitwerken. Alleen: tot nu toe blijft het erg stil vanuit het ministerie. Een concrete afspraak, laat staan werkgroep is er nog steeds niet. Maar wel bekritiseert de minister de Nederlandse Europarlementariërs, omdat die nog steeds heen en weer reizen. Als we donderdag in Den Haag de Staat van de Unie bespreken, wil ik graag tekst en uitleg van de minister. Ik ben niet rancuneus en als we op vrijdag al kunnen beginnen met het werk, dan veeg ik mijn agenda graag schoon. Dat verhuiscircus heeft lang genoeg geduurd, maar ook voor minister Koenders geldt: geen woorden maar daden!