Weeklog: Moeten Europarlementariërs eindelijk met de billen bloot?
Afgelopen vrijdag werd bekend dat een groep van 29 journalisten uit alle lidstaten het Europees Parlement voor de rechter sleept, omdat er geen inzage wordt gegeven in de uitgaven die Europarlementariërs doen van hun vergoedingen. Een prachtige stap: die gegevens zijn namelijk helemaal niet beschikbaar, hoewel ik daar al jaren om vraag en daar in het verleden bij moties ook steun van een meerderheid van het EP voor heb gehad. Dit zal ze leren…
Dit is niet het eerste weeklog dat ik wijd aan de ondoorzichtigheid van de vergoedingen voor Europarlementariërs. Zie bijvoorbeeld het weeklog van meer dan een jaar geleden. Mijn verzoek is heel simpel: controleer de bestedingen van Europarlementariërs uit de algemene onkostenvergoeding en maak duidelijk waarom we bij dienstreizen niet alleen reiskosten vergoed krijgen, maar naast de gebruikelijke dagvergoeding voor elke vergaderdag ook nog een afstandsvergoeding krijgen.
Als het gaat om de besteding van de maandelijkse algemene vergoeding van zo’n €4.300 krijg ik steeds het antwoord dat controle hierop voor het secretariaat veel te veel werk met zich meebrengt. Ik wacht nog steeds op antwoord op de brief die ik hierover samen met collega’s Gerbrandy (D66) en Staes (Groenen, België) schreef. Daarin vragen we aan de secretaris-generaal wat de kosten zouden zijn van steekproeven, of controles op grote uitgaven. Tijdens een hoorzitting antwoordde hij namelijk dat de hoge kosten vooral golden voor controle op alle bonnetjes. Over steekproeven had hij nog niet nagedacht.
De actie van de journalisten, waaronder NOS-onderzoeksjournalist Hugo van der Parre, zet de zaak eindelijk op scherp. Het EP kon de gevraagde gegevens helemaal niet overleggen, juist omdat er geen controle is op de vergoedingen. Dit zijn allemaal forfaitaire bedragen en er zijn voor de algemene onkostenvergoeding wel vage richtlijnen, maar eigenlijk kan je dat geld aan van alles en nog wat besteden, zonder dat er een haan naar kraait. Ik stort jaarlijks €30.000 terug in de kas van het EP, maar ik ken veel collega’s die verklaren de vergoeding hard nodig te hebben. Ik vraag me af waarvoor.
Als het Luxemburgse Hof van Justitie de journalisten gelijk geeft, zal het secretariaat eindelijk inzage in de boeken van de Europarlementariërs moeten krijgen, als ze al een financiële administratie hebben natuurlijk. Maar ook als ze hun zaak niet winnen, dan wordt in ieder geval nog maar eens duidelijk wat een janboel het is op dit gebied. Misschien dat mijn voorstellen dan eindelijk definitief worden aangenomen en we een normale accountantscontrole krijgen op de besteding van de algemene onkostenvergoeding en onverklaarbare dubbele vergoedingen bij dienstreizen worden geschrapt. Lang leve de (onderzoeks)journalistiek!