Bussemaker: een amateur in topsport
Ik weet niet of en wat staatssecretaris Bussemaker geslikt had toen ze afgelopen zaterdag aanschoof voor het gesprek bij TROS Kamerbreed. Maar een overmatige scoringsdrift had zich van haar meester gemaakt.
“De dopingcontroles gaan te ver in de sport,” zei ze. In haar profileringsdrang schoot ze hier toch goed mis. Elke wielrenner heeft wel eens een slechte dag in de Tour. Dit was een slechte dag van onze staatsecretaris voor sport in haar politieke tour. Wat een domme en onverantwoorde uitspraak.
Jarenlang is een eerlijke Tour verziekt door dopinggebruik. Iedereen wist het, en iedereen keek weg. Natuurlijk waren er dopingcontroles; maar naast de wedstrijd op de weg, was er de wedstrijd om zo te gebruiken dat je niet gepakt kon worden. De algemene opvatting in de wielerwereld was niet: het is dom om te gebruiken, maar het is dom als je gepakt wordt.
Het is goed dat er strenge regels en controles zijn, en men er boven op zit. Nee, natuurlijk niet altijd even leuk voor de renners, maar als je eerlijke gezonde concurrentie op de fiets wilt, dan moet er schoon schip gemaakt worden.
De technologische vooruitgang helpt ook. Via ‘markers’ aan bepaalde middelen kan het misbruik makkelijker opgespoord worden. Farmaceutische fabrikanten van middelen willen gelukkig ook niet met doping geassocieerd worden. Zij werken mee door het toevoegen van ‘markers’ aan geneesmiddelen die door zieke patiënten, maar helaas ook voor doping in de sport, worden gebruikt (zoals bijvoorbeeld EPO). Als de werkzame stof niet meer in het bloed te traceren is, dan is deze ‘marker’ dat nog wel, en dan kan gebruik alsnog aangetoond worden.
Kort na de domme uitspraak van Bussemaker, hebben we kunnen genieten van een fantastische tijdrit. Dat vind ik altijd het mooiste: iedereen, helemaal op eigen kracht, in gevecht tegen de klok. De zondag was daarmee een heuglijke dag. Ik ga er namelijk vanuit dat we in Sastre naast een mooie, aardige en sociale ook een ‘eerlijke’ Tourwinnaar hebben.