column
Harry van Bommel:

De jackpot valt

Toen ik terug reed van vakantie in Italië hoorde ik op de radio reclame voor de Staatsloterij. Die zou afgelopen maandag de jackpot gegarandeerd laten vallen. Inmiddels was die in hoogte opgelopen tot 27,5 miljoen euro, het hoogste bedrag dat ooit bij een Nederlandse loterij is uitgekeerd. Er waren al 8 miljoen loten verkocht, maar zelf had ik er geen. Ik vroeg mij af of ik niet alsnog een lot moest gaan kopen.

Dinsdag werd duidelijk dat de jackpot weliswaar is gevallen, maar dat er ‘slechts’ eenvijfde deel van is uitgekeerd. De gelukkige winnaar had maar eenvijfde deel van het hele lot gekocht. Kennelijk zijn de andere delen niet verkocht. Met 5,5 miljoen euro, belastingvrij, zal die winnaar uit de provincie Utrecht zich denk ik toch niet beklagen. Voor zover hij of zij financiële problemen had, zijn die nu wel opgelost mag ik hopen.

Met het bekendmaken van de uitgekeerde prijs steeg er meteen een wolk van kritiek op. De Staatsloterij zou de mensen hebben misleid met de leus ‘hij valt gegarandeerd’. Ook ik dacht dat daarmee werd bedoeld dat die 27,5 miljoen gegarandeerd zou worden uitgekeerd.

Helemaal géén discussie was er over de hoogte van het bedrag. Een woordvoerder van de Staatsloterij lichtte in het journaal toe dat was besloten om de jackpot niet verder op te laten lopen dan 27,5 miljoen. Waarom voor die hoogte was gekozen, werd niet duidelijk. Feit is wel dat dit het hoogste bedrag is dat op één lot zou kunnen worden uitgekeerd en ik vraag mij af waarom een staatsgokbedrijf marktleider moet zijn. Enerzijds trekt de overheid veel geld uit om gokverslaving tegen te gaan. Anderzijds zijn het staatsgokbedrijven als Holland Casino en de Staatsloterij die ons proberen over te halen vooral een gokje te wagen.

Ik heb de verleiding om mee te spelen dit keer moeiteloos kunnen weerstaan. U moet me geloven als ik zeg dat ik het een angstaanjagend idee vind om zoveel geld te winnen. Mijn leven zoals ik dat nu leid, zou nooit meer hetzelfde zijn na het winnen van een dergelijk bedrag. Dat zou ik zeer betreuren, want ik heb het best naar mijn zin zo. De reclame voor de Staatsloterij is echter zo indringend dat ik thuis wel de discussie moet voeren over de volgende trekking. Dan gaat mogelijk het restant van die 27,5 miljoen eruit. Zo openbaart zich het verslavende karakter, zelfs van een onschuldig ogende loterij. Je blijft meespelen want de volgende keer kun je wél winnen.

Volgens mij zouden daarom de prijzen bij staatsgokbedrijven moeten worden beperkt en de reclame voor deelname moeten worden teruggedrongen. Niet uit betutteling, maar gewoon omdat de belastingbetaler uiteindelijk ook mag opdraaien voor de behandelkosten van gokverslaving.

Betrokken SP'ers