Diensteneconomie

Het is een algemeen bekend feit dat Nederland een ‘diensteneconomie’ heeft, de meeste mensen werken in de dienstverlenende sector. Je wordt er ook voortdurend op gewezen: “Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker” tettert de reclame van de belastingdienst. Kijk op www punt dit en dat of bel 0800-enzovoort! Overheidsinstellingen, publieke dienstverleners en commerciële bedrijven doen voor elkaar niet onder met hun zogenaamde klantgerichtheid. Kabelaanbieders, zorgverzekeraars of autoverkopers: allemaal dezelfde quasi opgewektheid om je vervolgens het bos in te sturen, als je het waagt zo’n telefoonnummer te bellen. “Om u beter van dienst te zijn laten wij nu een keuzemenu horen, helaas zijn al onze medewerkers in gesprek, tuutuuttuut.” Gek word je er soms van. Het duurt tegenwoordig uren voor je een echt mens aan de lijn krijgt.

Koploper van steeds minder dienstverlening vind ik persoonlijk de NS. Nog niet zo heel lang geleden kon je op de stations van echte levende mensen achter een loketje een kaartje kopen. Maar dat was volgens de NS-leiding maar ouderwets, dus kwamen er automaten. Allemaal zo gezegd om het ons makkelijker te maken.

Laatst deed mijn oude moeder van 85 een poging nog eens met de trein te reizen. Een buurvrouw bracht haar naar het station en zou haar wel helpen met die kaartenautomaat. Maar de buurvrouw was ook geen ervaren treinreiziger en het lukte na vele pogingen gewoon niet om een geldig plaatsbewijs uit de automaat te toveren. En in geen velden of wegen was NS-personeel te bekennen om deze automatische dienstverlener uit te leggen. Mijn moeder, inmiddels behoorlijk overstuur, trof gelukkig in de trein een menselijke conducteur die gewoon een oogje toekneep en deze zwartrijder van 85 met rust liet.

Ja, gelukkig kunnen de meeste mensen nog wel diensten leveren en met hun medemens mee denken en voelen. Het wachten is tot ze dat lek in de “dienstverlening” wegbezuinigen. Met de invoering van de ov-chipkaart zijn we weer een stap verder in de ontmenselijking van onze diensteneconomie. Wat een vooruitgang!